Dit is een gastbijdrage. Een Apache-lezer levert met dit stuk een bijdrage aan het maatschappelijk debat. De auteur schrijft in eigen naam en is verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst.

Talking ‘bout my reputation

Koen Smets
Dirty Diamond
Dirty Diamond (Koen Smets via Dall-E)

Vind jij het ook belangrijk wat anderen van je denken? Hoe zou jij je voelen als je in een drukke trein zat, met een groep volslagen vreemden die je aanstaren, en plotseling merkt dat er een flinke klodder vogelpoep op je schouder zit, waarvan een deel zelfs in je haar terecht is gekomen? De kans is groot dat je je zou schamen, ook al zou je waarschijnlijk geen van je medepassagiers ooit nog terugzien, en ook al was dit voorval niet jouw schuld en hoegenaamd geen weerspiegeling van je persoonlijkheid of karakter. En toch zou het je wellicht niet lukken de situatie te rationaliseren, en niet alleen de spottende blikken van sommige andere reizigers te negeren, maar ook je eigen reactie op de situatie.

Gevangenendilemma

We willen er goed uitzien in de ogen van anderen – zelfs als dat complete vreemden zijn. Omdat we zo afhankelijk zijn van samenwerking met anderen, is het niet moeilijk om in te zien hoe een goede reputatie ons kan helpen om de bereidheid van die anderen om zich bij ons te voegen veilig te stellen, of om hen te tonen dat we iemand zijn met wie het goed is om samen te werken. Dit is zeer waarschijnlijk de reden waarom onze zorg voor onze reputatie een geëvolueerde eigenschap is, die ons gedrag zodanig stuurt dat het die reputatie verbetert en beschermt, en niet schaadt.

Het is dan ook geen verrassing dat reputatie een onderwerp is dat academische belangstelling geniet. In een onderzoek van Thomas Pfeiffer, een computationeel bioloog aan de Nieuw-Zeelandse Massey-universiteit, werd een herhaald gevangenendilemma-spel gebruikt om te onderzoeken hoe we reputatie waarderen. In dit spel kunnen deelnemers kiezen tussen samenwerken en deserteren, en de uitkomst hangt af van de keuzes van beide spelers.

Als ze er allebei voor kozen om samen te werken, wonnen ze elk 20 punten; als ze er allebei verkozen te deserteren, wonnen of verloren ze niets; als ze verschilden in hun keuzes, won de deserterende deelnemer 30 punten terwijl degene die wilde samenwerken er 10 verloor.

In opeenvolgende rondes stonden de deelnemers telkens tegenover een nieuwe tegenstander. De spelers kregen echter wel een 'goede' of 'slechte' reputatie toegewezen, naargelang hun keuze in de vorige spelronde. Die konden spelers in de volgende ronde dan gebruiken in het maken van hun keuze om samen te werken of te deserteren. Tussen de rondes door hadden deelnemers met een slechte reputatie ook de mogelijkheid om een goede reputatie van een andere speler te kopen (en deelnemers met een goede reputatie konden die van hen verkopen) op een 'markt'.

bojo on a zipwire
Wat een politicus al niet doet voor zijn reputatie (Twitter)

De onderzoekers ontdekten dat een goede reputatie tot meer samenwerking leidt, en dat hoe waardevoller een goede reputatie is (d.w.z. in groepen waar deelnemers meer geneigd zijn samen te werken met spelers die een goede reputatie hebben), hoe hoger de prijs die ervoor wordt betaald. Reputatie is duidelijk een gewaardeerd immaterieel goed met werkelijke waarde.

In wiens ogen

Ook in de echte wereld is een goede reputatie vaak een zegen in allerlei samenwerkingsverbanden – als leverancier van goederen of diensten, als collega, als politicus en zelfs als vriend. Dus doen we allemaal ons best om een goede reputatie op te bouwen en te behouden? Zoals zo vaak is het allemaal niet zo eenvoudig als we misschien denken, zoals een item in het nieuws deze week illustreert.

Op 19 juni sloot het Britse parlement het debat af over het rapport van de parlementaire voorrechtencommissie over haar onderzoek naar 'partygate' – de beschuldiging dat voormalig Brits premier Boris Johnson het parlement had voorgelogen toen hij werd ondervraagd over feestjes in zijn ambtswoning terwijl de rest van het land in lockdown zat.

Het rapport stelde dat hij het Lagerhuis inderdaad opzettelijk had misleid en dus minachting van het parlement had gepleegd. In de stemming die volgde stemden slechts zeven parlementsleden tegen het rapport; onder de 354 parlementsleden die het rapport steunden waren 118 Conservatieve parlementsleden (nog eens 225 onthielden zich van stemming of waren niet aanwezig). Toch was de uitkomst grotendeels symbolisch. Johnson had immers eerder al ontslag genomen als lid van het parlement, een tactische zet om de oneervolle schorsing van 90 dagen uit de kamer te vermijden (die zijn straf zou zijn geweest).

Wat is er, als gevolg van deze conclusie, gebeurd met Johnsons reputatie? Deze vraag kan enkel worden beantwoord wanneer we aangeven in wiens ogen. Voor velen bevestigde het rapport (en de stemming) ongetwijfeld de mening die ze al hadden over de ex-premier. Of het veel (of zelfs maar iets) heeft veranderd aan de mening van zijn aanhangers is minder zeker. Johnson zelf was vernietigend over het proces zelf (ook al zijn vier van de zeven leden van de commissie leden van zijn eigen Conservatieve partij). Veel van zijn volgelingen zullen hem wellicht in dat oordeel bijtreden, waaronder flink wat die zich onthielden tijdens de stemming of die niet zijn komen opdagen.

Als enkel je volgelingen ertoe doen, die je door dik en dun steunen, en je je van niemand anders iets aantrekt (en zeker niet van je tegenstanders), dan kun je behoorlijk straffeloos handelen zonder je al te veel zorgen te maken over je reputatie. (Andere politici en BV’s/BN’s die aan deze beschrijving voldoen komen je nu misschien spontaan voor de geest.)

De meesten van ons zijn over het algemeen best wel begaan met het vrijwaren van hun reputatie in de ogen van wie dan ook (inclusief vreemden in een bus) en gedragen zich dan ook goed om te proberen ze te verstevigen, en te vermijden wat ze zou kunnen schaden. Maar we mogen er niet zomaar van uitgaan dat iemands bezorgdheid over zijn of haar reputatie een onvoorwaardelijke garantie is voor deugdzaam gedrag.

fabricated data
Niets zo geschikt als zelfgemaakte gegevens (Data Colada)

Je reputatie opbouwen door ze op het spel te zetten

Reputatie is ook belangrijk in andere gebieden, zo ook in de academische wereld. Elk domein heeft zijn eigen rocksterren en een paar jaar geleden werd de wereld van de gedragswetenschappen opgeschrikt door de onthulling dat Dan Ariely, een van de grootheden in die wetenschapstak, betrokken was bij (en beschuldigd werd van) gegevensvervalsing. Hetzelfde team dat het probleem destijds ontdekte, heeft nu aanwijzingen gevonden van een nieuw geval van gegevensmanipulatie, deze keer door een medeauteur van Ariely, Francesca Gino aan de Harvard-universiteit.

Reputatie in de academische wereld is sterk gerelateerd aan publicaties en citaties, en is bijzonder belangrijk voor de carrière van een academicus. Aangezien wetenschappelijke tijdschriften veel eerder onderzoek met spectaculaire resultaten publiceren dan studies die een nulresultaat opleveren, is er een duidelijke stimulans voor aankomende (en niet zo aankomende) academici om hun toevlucht te nemen tot statistische trucjes, bijvoorbeeld door gegevens te blijven verzamelen of selecteren totdat er uiteindelijk een statistisch significant resultaat wordt verkregen (bekend als data dredging of p-hacking). Maar sommige onderzoekers gaan dus nog verder en manipuleren of fabriceren zelfs de gegevens, in hun streven naar een glanzende reputatie en zelfs roem en fortuin.

Misschien hoeft dit niet te verbazen – het onderzoek van Pfeiffer toonde immers aan dat we bereid zijn te betalen om een reputatie te verwerven, dus waarom niet met onze moraal? Of statistische kunstgrepen minder immoreel zijn dan het fabriceren van data is een punt van discussie, maar zoals Pfeiffer en zijn collega's ontdekten, zorgt de beloning – hier in de vorm van roem en fortuin voor degenen met een schitterende reputatie in hun vakgebied – ervoor dat mensen er meer voor overhebben. (Ter illustratie: wie mevrouw Gino als spreker wil uitnodigen moet diepe zakken hebben, want haar honorarium bedraagt tussen de 50.000 en 100.000 dollar).

Een reputatie heeft niet noodzakelijk te maken met moraal. We kunnen een reputatie hebben als bekwaam, behulpzaam, geestig, creatief, vrijgevig enzovoort. Maar wat ook de basis van onze reputatie is, immoreel handelen zal ze schaden. Toch is, zoals deze twee voorbeelden tonen, onze aangeboren zorg voor onze reputatie geen garantie voor deugdzaam gedrag. Vooral in een gepolariseerde politieke context hebben mensen de neiging om morele overtredingen van hun medestanders door de vingers te zien, zo niet ronduit te betwisten of te ontkennen, vooral als het om charismatische leidinggevenden gaat.

Gedrag dat immoreel (en reputatieschadelijk) is in de ogen van buitenstaanders kan heel goed reputatie-opbouwend zijn in de ogen van medestanders, met de bekende gevolgen. Anderzijds kan het verlangen om een reputatie te verwerven zo intens zijn (of de beloningen zo groot) dat men het onethische pad opgaat om die reputatie na te jagen – zelfs als men daarbij uiteindelijk het risico loopt alles te verliezen. Ironisch genoeg is het dus net de bezorgdheid om onze reputatie die tot dubieus gedrag kan leiden.

Van mensen met een sterke reputatie wordt vaak gezegd dat hun reputatie hen voorafgaat. Moge de jouwe een goede zijn en blijven!

LEES OOK
Koen Smets / 12-01-2024

Reputatie voor plagiaat

We hebben de neiging om plagiaat af te keuren zelfs zonder waarneembare materiële schade.
quotation marks
Tessa Groen / 02-10-2020

World University Rankings: spel van marktgestuurde universiteiten

Universiteitsrankings zijn een ongefundeerd marktgestuurd fenomeen dat de diversiteit tussen universiteiten doet verdwijnen en de ongelijkheid in het hoger onderwijs vergroot.
afbeelding World University Rankings
Koen Smets / 28-07-2017

Wat is jouw reputatie waard?

We hebben veel over om onze reputatie te vrijwaren. Maar wat precies, en waarom? Een gastbijdrage door Koen Smets.
superworms.jpg (credit: Evanherk/Wikimedia)