'De geesten zijn rijp voor een paradigmashift in de landbouw'

Lisa Pauwels
stal landbouw
Schaalvergroting is economisch gezien vaak de enige uitkomst voor landbouwers (© Delia Filippone)

Elk jaar stopt 3% van de Vlaamse boeren, omdat ze geen opvolger hebben of omdat hun arbeid niet meer rendeert. Wie dieren houdt, zoekt vaak een uitweg in de uitbreiding van de veestapel. Zo groeit het aantal industriële stallen in België.

Een consensus over het begrip ‘megastal’ bestaat niet. Onze noorderburen hanteren de volgende maxima: 7.500 vleesvarkens, 1.200 fokvarkens, 120.000 leghennen, 220.000 vleeskuikens, 250 melkkoeien of 2.500 vleeskalveren. Volgens Greenpeace liggen deze drempels nog veel te hoog. Om mens en natuur niet te schaden, legt de milieuvereniging de lat op een omzet van een half miljoen euro per jaar.

“De uitstoot in een moderne megastal ligt echter niet per definitie hoger dan in kleine, verouderde stallen”, repliceert Bram Bos. Hij doet aan de Wageningen Universiteit onderzoek naar duurzaam landbouwbeleid. “Wel zijn lokaal gevaarlijke piekconcentraties te merken van ammoniak en fijn stof. En de geur valt inderdaad moeilijk te negeren."

Industriële landbouw

Een semester lang werkten studenten journalistiek van de Limburgse Hogeschool PXL rond het thema van de industriële veeteelt. In een drieluik voor het dossier Industriële Landbouw focussen ze op de milieu-inspectie, gezondheid van omwonenden en de gevolgen van schaalvergroting. De studenten bundelden hun ervaringen en kennis in een eindrapport.

Melkveehouder Jan Buts: 'De enige oplossing is een verhoging van de productie. Anders kan mijn bedrijf niet blijven bestaan'

“Schaalvergroting is de enige manier om te overleven”, zegt Vanessa Saenen, woordvoerder van de Boerenbond. “De prijzen voor landbouwproducten zijn de laatste jaren enorm gedaald. Bovendien krijgt de boer een veel te lage prijs voor zijn gewassen en vlees. De winstmarges in de sector zijn niet eerlijk verdeeld tussen de verschillende spelers (landbouwers, voedingsbedrijven, handelaars en winkels, red.).”

Het gebrek aan rendement dwong ook Jan Buts tot de uitbreiding van zijn melkveebedrijf in Grobbendonk. “De opbrengsten in de landbouw blijven al 50 jaar gelijk, maar de kosten en lonen van onze werknemers stijgen voortdurend. Boeren kunnen deze uitgaven echter niet doorrekenen in de prijs, omdat wij afhankelijk zijn van de grote coöperaties, die op hun beurt weer gebonden zijn aan de supermarkten. De enige oplossing is een verhoging van de productie. Anders kan mijn bedrijf niet blijven bestaan.”

Melkveehouder Desiré Haeyen uit Diepenbeek haalt nog twee redenen voor schaalvergroting aan. “Het is niet de juiste keuze, maar de strenge normen van de overheid verplichten ons. Bovendien is landbouwgrond onbetaalbaar geworden.”

‘Struisvogelpolitiek’

Landbouwers moeten zich houden aan de regels uit het (ondertussen zesde) zesde Mestactieplan. Dit plan moet ervoor zorgen dat er geen te hoge nitraatconcentraties in de bodem zitten, waardoor de waterkwaliteit kan verbeteren. Verder is de Vlaamse Regering al sinds 2014 bezig met een Programmatische Aanpak Stikstof. Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir (N-VA) werkt tegen eind dit jaar aan een definitieve regeling, nadat een rechterlijke uitspraak haar daartoe dwong.

Vlaams Parlementslid Robrecht Bothuyne (CD&V) is zich bewust van de noodkreet die de boeren slaken. “De overheid maakt het de landbouwers niet gemakkelijk”, vertelt Bothuyne. “Ze legt regels op rond dierenwelzijn, luchtkwaliteit en mestverwerking. Wat velen niet weten, is dat een boer enkel aan die normen kan voldoen wanneer hij over een stal van bepaalde omvang beschikt. Een bepaalde schaal is soms gewoon noodzakelijk voor dier, mens en milieu. We moeten in het vergunningsproces natuurlijk wel rekening houden met de impact die schaalvergroting heeft op de lokale gemeenschap, mobiliteit en de natuur.”

Milieuadvocaat Peter De Smedt: 'Het mestoverschot loopt op, het dierenwelzijn vermindert, de kans op de verspreiding van ziektes vergroot, het landschap verandert drastisch en de uitstoot van fijnstof neemt toe'

En met die veranderingen mogen we niet te lang meer wachten, vindt advocaat Peter De Smedt van het milieuadvocatenkantoor LDR uit Gent. De Smedt is ook lid van het 'stikstofpanel' dat Vlaams minister Zuhal Demir adviseert bij de opmaak van een definitieve stikstofregeling (PAS). “Vlaanderen is de Europese koploper in stikstofvervuiling op natuurgebieden’, zegt hij. De schaalvergroting van stallen is daar volgens hem medeverantwoordelijk voor.

“Zowel bij ons als in het buitenland hebben megastallen een grote impact. Het mestoverschot loopt op, het dierenwelzijn vermindert, de kans op de verspreiding van ziektes vergroot, het landschap verandert drastisch, de uitstoot van fijnstof neemt toe en de buurt wordt verstoord door het transport van voer en dieren. Onze grote veestapel is verantwoordelijk voor een groot deel van de stikstofoverbelasting. De ammoniakuitstoot is binnen Vlaanderen voor 95% afkomstig van de veeteelt.”

Het grote probleem ligt volgens De Smedt dus niet bij de omvang van de stallen, maar wel bij het aantal dieren per stal. Een getal dat steeds groter wordt.

Hoe dan ook zijn de gevolgen van stikstofoverbelasting op het milieu desastreus. “Door grotere concentraties stikstof in de bodem wordt de bodem verrijkt met meststoffen. Die leiden ertoe dat planten die houden van veel stikstof (zoals brandnetels en braam, red.) extra hard kunnen groeien. Zij overwoekeren dan veel plantensoorten die juist graag groeien onder stikstofarme omstandigheden. Zo verdringen ze kwetsbare planten, zoals klokjesgentiaan bijvoorbeeld. Insecten, vogels en andere dieren die afhankelijk zijn van die kwetsbare planten, verdwijnen daardoor ook.”

Milieuadvocaat Valentijn Wösten: 'Er lopen te veel politici rond die denken dat je de natuur en het milieu zomaar kunt wegschenken'

“We zijn jarenlang te laks omgegaan met de stikstofvervuiling in natuurgebieden”, zegt De Smedt. “Door een gebrek aan politieke consensus over de verdeling van de af te kloppen stikstofreducties tussen de landbouw, industrie, woningbouw en transportsector, bleven we verder vergunnen alsof er geen vuiltje aan de lucht was. Struisvogelpolitiek dus.”

De Nederlandse milieuadvocaat Valentijn Wösten – ook wel de ‘vrees van de veeboeren’ genoemd - moet De Smedt gelijk geven. Ook hij wijst naar de overheid die volgens hem veel te eenvoudig vergunningen verleent aan ondernemers.

“De emissies van megastallen zijn ongezien”, zegt hij. “Er lopen te veel politici rond die denken dat je de natuur en het milieu zomaar kunt wegschenken. Dat is niet zo. Natuur en milieu zijn bestaansvoorwaarden. Daar kan je niet mee sollen, daar moet je verantwoordelijkheid voor nemen. Bestuurders die besluiten nemen over de natuur moeten reële kennis van milieutechnieken tonen.”

stal koe veeteelt landbouw
(© Britt Claes)

Natuurdoelen niet gehaald

Dat de megastallen bijdragen aan de stikstofuitstoot en bijgevolg schadelijk zijn voor milieu en natuur, is ook voor Peter Van Gossum een uitgemaakte zaak. Van Gossum werkt als onderzoeker voor het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek. Stikstof op zich is niet schadelijk, zegt hij, maar een teveel aan stikstof wel.

“Wanneer te veel stikstof vrijkomt, spreken we van vermesting. Vermesting is een zodanige aanrijking van de bodem of water met nutriënten dat het de ecologische processen verstoort. Vermesting kan deels het gevolg zijn van natuurlijke processen, maar een van de belangrijkste bronnen is toch wel de landbouwsector. De uitstoot van stikstof en zwavel leidt bovendien tot de verzuring van de bodem en van het water. Het tast bijgevolg het milieu aan en leidt tot de vorming van ozon en fijnstof.”

“Wetenschappers hebben grenswaarden gedefinieerd voor de uitstoot van stikstof”, gaat Van Gossum verder. “Als de stikstofuitstoot boven die grenzen komt, bestaat het risico dat de kwaliteit van de habitat wordt aangetast door de verzurende en of vermestende invloed van atmosferische stikstofuitstoot. Het overschrijden van deze uitstootgrens zorgt er dus voor dat Vlaanderen haar Europese doelstellingen op vlak van biodiversiteit niet haalt”, zegt Van Gossum.

Stikstofbom

In het dossier Een stikstofbom onder Vlaanderen schetst Apache de stikstofproblematiek en reiken we mogelijke oplossingen aan.

Misschien is ammoniakneerslag (een verbinding van stikstof en waterstof) wel de grootste boosdoener, laat Van Gossum weten. Ammoniak slaat vooral neer in de directe omgeving van megastallen. Het probleem is dat veel megastallen in de directe omgeving van de Europees beschermde natuur gelegen zijn. Heel wat van die ‘ammoniak-stikstof’ komt dus terecht in deze beschermde natuur.

“Het is belangrijk om het in zijn context te zien”, vertelt Van Gossum. “De stoffen die vermesting veroorzaken zijn dezelfde stoffen als deze die verzuring veroorzaken. Door de huidige stagnerende trend van vermesting en verzuring haalt Vlaanderen heel wat Europese en Vlaamse natuurdoelen niet en dat is een groot probleem.”

Varkenshouder Sam Euben: 'Het is niet eerlijk dat de industriële sector niet stikstofneutraal hoeft te zijn om nieuwe vergunningen te verkrijgen, maar landbouwbedrijven wel'

Varkenshouder Sam Euben uit Tongeren en veehouder Jean Philippe Huytens uit Borgloon zijn er echter van overtuigd dat boeren alle mogelijke inspanningen leveren om zich aan de milieuregels te houden.

“De overheid is veel te streng. Ze zetten de boeren in de schaduw en schilderen hen af als vervuilers, terwijl dat niet zo is”, zegt Euben. “De wetgeving mag dan wel streng zijn, ze moet overal en voor iedereen dezelfde zijn. Zo vind ik het niet eerlijk dat de industriële sector niet stikstofneutraal hoeft te zijn om nieuwe vergunningen te verkrijgen, maar landbouwbedrijven wel. De overheid speelt op deze manier met onze voeten”, stelt Euben.

Veehouder Jean Phillippe Huytens deelt die mening. “Landbouwers worden enorm benadeeld door allerlei regeltjes waar ze aan moeten voldoen. Wij moeten uitbreiden en dat kost heel veel geld. Het is gewoon niet haalbaar om te investeren in iets wat ons geen extra geld oplevert. De prijzen voor onze producten blijven namelijk gewoon dezelfde.”

Strengere randvoorwaarden voor subsidies

Steven Van Passel is milieueconoom aan de Universiteit Antwerpen. Hij maakt deel uit van het ‘Stikstofpanel’ dat minister Demir moet adviseren bij de opmaak van het stikstofplan. Professor Van Passel stelt dat als we de veestapel verkleinen, we het stikstofprobleem aan kunnen pakken. Het is namelijk niet de megastal op zich die een probleem vormt voor het milieu. Megastallen zijn stallen die uitgebreid werden en voldoen normaal gezien dus aan de nieuwste regels. Zo stoten ze ook minder stikstof uit dan kleinere stallen.

“De veestapel verkleinen kan enkel wanneer de overheid de randvoorwaarden voor landbouwsubsidies aanscherpt”, zegt Van Passel. “Landbouwers krijgen gemiddeld 10.000 euro aan subsidies per jaar, per landbouwbedrijf. De landbouwsector is een niet-rendabele sector en heeft heel wat milieukosten, maar door middel van subsidies wordt de sector in leven gehouden en blijft een bedrijf rendabel.”

“Als er megastallen komen in de plaats van een aantal kleintjes, is dat geen probleem voor het milieu. Maar als de kleintjes blijven aanmodderen doordat ze subsidies krijgen en dus rendabel blijven, dan blijven ze exporteren en dat is problematisch. Dat heeft schadelijke gevolgen voor het milieu en de maatschappij.”

Circulaire landbouw

Volgens Heleen De Smet, beleidsmedewerker van de Bond Beter Leefmilieu, zitten we al over de limieten van onze volksgezondheid, de natuur en het milieu. “Vee past zeker binnen een duurzaam landbouwsysteem, maar niet op deze schaal”, zegt ze. “Daarom moeten we inzetten op alternatieve modellen en een beleidskader creëren waarin boeren ondersteund worden om uit de schaalvergroting te stappen.”

Milieuwetenschapper David De Pue (ILVO): 'Als je meer voer uit eigen streek wil gaan telen en je wil ook de mest lokaal afzetten, kan dat alleen met minder dieren'

We moeten bovendien evolueren richting een meer circulaire landbouw, vindt David De Pue, milieuwetenschapper aan het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO). De omvang van de veestapel moet meer in relatie staan tot de ruimte om de mest van dieren af zetten en ook moet er de mogelijkheid zijn om zelf veevoeder te gaan produceren.

“Als je meer voer uit eigen streek wil gaan telen en je wil ook de mest lokaal afzetten, kan dat alleen met minder dieren. Als we richting circulariteit willen, zal dat met minder dieren moeten. Het stikstofdossier zal zodanig gaan doorwegen in de komende jaren dat het de drijvende factor zal zijn richting een kleinere veestapel”, stelt De Pue.

Net als David De Pue, benadrukt Luc Vankrunkelsven, gepensioneerd medewerker van landbouwbeweging Wervel, het probleem van veevoeder benadrukken. Dat wordt vaak uit het buitenland aangevoerd om vee in Vlaanderen te kunnen voederen. “Wanneer boeren aan schaalvergroting doen, is er vanzelfsprekend ook meer vee te voeden en dat vormt een bijkomend probleem. De megastallen importeren een enorme hoeveelheid overzeese soja en andere graanvervangers via onze havens. Dat is enorm slecht voor het milieu. We hebben hier in Vlaanderen heel wat andere eiwitbronnen. Veldbonen en erwten kunnen door boeren ook als veevoeder gebruikt worden, maar soja is goedkoper en dus aantrekkelijker voor boeren.”

Volgens Marjan Minnesma van Urgenda, een Nederlandse milieuactiegroep, is alles misgelopen toen we landbouwgronden gingen inzetten om veevoer te verbouwen. Dat had nooit mogen gebeuren, want het heeft schaalvergroting volgens haar in de hand gewerkt. “Wat mij betreft, gaan we terug naar een landbouw waarbij dieren enkel gras en reststromen eten”, zegt ze.

Paradigmashift

Het landbouwbeleid moet dringend anders, vindt ook Stef Aerts, landbouwingenieur en ethicus in landbouw en dierenwelzijn. Volgens professor Aerts moeten we terug naar een landbouw- en voedselbeleid dat bescherming biedt aan de eigen productiecapaciteit. Hij erkent dat dit niet makkelijk is, maar zo kunnen we de sector wel beschermen.

Ethicus Stef Aerts: 'We hebben nood aan een redelijke prijs voor de consument die hoog genoeg is voor de producent om te overleven'

“We hebben nood aan aanvaardbare prijzen voor onze voedselproducten”, zegt Aerts. “Een redelijke prijs voor de consument, maar hoog genoeg voor de producent om te overleven. Wanneer de prijzen nog lager worden, zullen de boeren ook minder kunnen inzetten op belangrijke factoren zoals dierenwelzijn of infrastructuur, en dat willen we niet.”

Om de stikstofuitstoot echt grondig te verminderen, dringt zich een fundamentele paradigmashift op, vat advocaat Peter De Smedt samen. De Smedts is ook lid van het 'stikstofpanel' dat minister Zuhal Demir adviseert om tot een definitieve PAS-regeling te komen. “Een herziening van ons intensieve landbouwmodel, inclusief afbouw van de veestapel, mag daarbij niet langer een ‘no go’-zone zijn. Ook nieuwe technologie zal nodig zijn. Voor de landbouw betekent dit een omslag naar toekomstbestendige kringlooplandbouw met zo min mogelijk stikstofuitstoot.”

“Er zal moeten worden geïnvesteerd in duurzame stallen, minder eiwit in veevoer en betere mestaanwending. Ook kan men eraan denken om bedrijven die verantwoordelijk zijn voor het grootste deel van de stikstofuitstoot in een gebied – de zogenaamde ‘piekbelasters’ – te gaan uitkopen. Maar dat zal bijkomende financiële inspanningen vergen. Het worden nog moeilijke jaren, maar ik ben hoopvol: de geesten zijn gerijpt.”

Verantwoording

Dit artikel en het achterliggende journalistieke onderzoek werden begeleid door Hogeschool PXL-docent Eric Pompen (ex-journalist Trends) en Apache-journalist Steven Vanden Bussche. Aan de oefening namen volgende studenten deel: Alizée Bours, Britt Claes, Delia Filippone, Bregje Iding, Giel Lehouck, Ianthe Keuninckx, Katja Kuda, Nick Martens, Bono Marting, Noa Oudermans, Faustina Pauwels, Lisa Pauwels, Amber Schepers, Noa Sneyers, Siebe Vanheusden, Sophie Vanormelingen, Stijn Winkels.

LEES OOK
Redactie Apache / 22-06-2022

Help ons onderzoek naar investeerders in landbouwgrond vooruit

Apache onderzoekt wie de nieuwe spelers zijn in landbouwvastgoed.
Ook niet-landbouwers investeren in landbouwgrond (illustratiebeeld)
Alizée Bours, Bregje Iding / 13-07-2021

Het is niet altijd gezond wonen op het platteland

Wie nabij veestallen woont, krijgt vaker te maken met longziektes.
stal
Delia Filippone, Giel Lehouck / 12-07-2021

Omwonenden van megastallen voelen zich niet gehoord door onderbemande inspectiediensten

De milieu-inspectie worstelt met het toenemende aantal klachten over industriële veestallen.
stal
4 REACTIES
W. V.14-07-2021 13:32:49
Tijdje geleden las ik een artikel over een boer in Leuven die zelfs geen subsidies nodig heeft. Is dit een leefbaar model voor heel Vlaanderen of enkel mogelijk bij de groene, rijke progressieve bevolking in Leuven? https://www.politico.eu/article/flemish-farmer-busts-conventional-wisdom-on-eu-farm-policy/
Het zou mooi zijn om overal dit soort landbouw te zien en de biodiversiteit drastisch te zien toenemen. Hopelijk brengt het ook genoeg voedsel op.
Jan Deckers17-07-2021 16:47:42
Laten we ons ook eens afvragen of het leven van een 'industriële' boer echt vervullend is. Vijftig jaar geleden had een boer naast zijn trekpaard en twintig koeien ook nog een varken en een paar schapen, een paar notelaars, appelaars, kippen, verkocht wat brandhout... Hij had een ruime kennis van de natuur, draaide zelf koorden van gebruikte hooikoordjes... Als één product minder opbracht had hij nog iets anders.
Hooilanden stonden vol met bloemen en kruiden. Tussen het graan grpeoiden korenbloemen, klaprozen en bolderik. Vandaag zijn de graslanden donkergoene tapijten van één soort raaigras. De boeren zijn in feite lijfeigenen van de banken, de boerenbond en de supermarkten ze hebben voortdurend fianciële zorgen en werken zij in feite met verlies. In ons klein landje zouden we toch van de boeren natuurbeheerders kunnen maken? Hun subsidies geven naarmate er meer soorten op hun land voorkomen. En zelf hun producten aan de stedelingen verkopen...
bezorgde bewoner22-07-2021 20:01:35
Dat is erg mooi verwoord, heer Deckers. Het valt mij vooral op dat eigenaren van megastallen, en die zijn er bij ons heel veel, altijd in kastelen van huizen wonen, met elektrieke poorten om hun dikke 4x4 achter te zetten. En allemaal met geleend geld. En maar klagen. Die sector moet zich eens beseffen wat voor gigantische ecologische voetafdruk ze maakt door deze drang naar meer, meer en meer.
Wees toch tevreden met eerlijk werk waarmee je niet het leven van je land- en vooral dorpsgenoten figuurlijk en letterlijk verzuurt.
Jef Geldof07-09-2021 14:13:13
De schaalvergroting wordt als enige oplossing voorgesteld om voor de boer een redelijk inkomen te garanderen. Dat is zo door de specialisatie en intensivering van de productie voor de verwerkende industrie en voor de export naar de wereldmarkt, waar de boer(in) geen vat heeft op de prijsvorming.
Maar steeds meer boeren kiezen met succes voor de korteketenverkoop: lokaal produceren voor de lokale markt, direct van boer tot consument. Daarvoor is ambachtelijke kleinschaligheid en diversificatie met meerwaarde uit de hoeveverwerking de redding om een leefbaar arbeidsinkomen te verwerven. De boer verkoopt het eindproduct en niet langer een bulkproduct voor de agro-industriële en multinationale groepen.