
Bosbranden in het mediterrane gebied, waaronder de Griekse eilanden, domineren het nieuws. Bijna 20.000 toeristen werden halsoverkop geëvacueerd van het eiland Rhodos. Een apocalyptische storm teisterde Milaan, terwijl Zwitserland werd getroffen door hagelstenen zo groot als tennisballen.
Dit volgde op een periode van vier hittekoepels die temperaturen tot bijna 60 graden veroorzaakten op onze planeet. Met elke zweetdruppel wordt de urgentie van de klimaatcrisis duidelijker. Klimaatontwrichting is geen verre dreiging meer, maar een actuele noodsituatie. De tijd om te handelen is nu.
Bende mopperkonten?
Ondertussen, in de bruisende Vlaamse Twitter-arena, wordt het beeld opgehangen dat het klimaatactivisme vervormt tot een lugubere bijeenkomst van onheilsprofeten, mopperkonten en sombere voorspellers. Klimaatactivisten worden afgeschilderd als angstige en depressieve zielen. Maar hierbij plaats ik toch graag een kanttekening.
Ik verwijs graag naar de Italiaanse filosoof Antonio Gramsci. Zijn bekendste uitspraak —“Pessimisme van het verstand, optimisme van de wil" — resoneert in deze context. Het 'verstandige pessimisme' betreft de erkenning van de onontkoombare en soms harde realiteit. In onze huidige klimaatcrisis zien we dit in de omvang van de uitdagingen, de sloomheid van verandering en de urgente roep tot actie.
Maar laten we ons niet verliezen in dit sombere tableau. Aan de andere zijde van Gramsci's gedachtegoed danst het 'wilsoptimisme' — een vurig geloof in de mogelijkheid van een betere toekomst, de wil om te streven naar verbetering ondanks de obstakels die ons pad versperren.
Deze negativiteit hoeft geen modderpoel te zijn waarin we vast komen te zitten. Integendeel, het kan fungeren als de vonk die onze innovatieve geest doet ontvlammen, als de katalysator die ons aanzet de klimaatuitdagingen met vastberadenheid en daadkracht aan te pakken. Geloof in innovatie als strijdmiddel tegen klimaatontwrichting is niet in strijd met een realistische kijk op onze huidige situatie.
Het is een delicate symfonie van pragmatisme en hoop. Een evenwichtsoefening tussen het onder ogen zien van de harde realiteit en het ontembare verlangen om het beter te doen. Het is een dans waarbij de geest zich soms zwaar voelt door inzicht, maar altijd licht blijft door wilskracht. In de strijd tegen de klimaatcrisis mogen we dan realistisch zijn, maar verliezen we nooit de hoop. De duisternis van vandaag zal het licht van morgen niet doven. Wij blijven vechten voor een betere, groenere toekomst.
Een mentaliteitsverandering
Ongecontroleerd kappen van bossen, buitensporige uitstoot van broeikasgassen en roekeloos gebruik van natuurlijke hulpbronnen hebben een klimaat gecreëerd dat ons leven in de nabije toekomst ernstig kan beïnvloeden. Extreme weersomstandigheden zoals droogte en overstromingen vernietigen gewassen en compliceren de wereldwijde voedselproductie, waardoor hongersnood en voedselonzekerheid toenemen. Dit is een gevaarlijke situatie.
Steeds meer mensen pleiten voor een grondige hervorming van onze economie om de huidige crisis het hoofd te bieden. Maar hoe? Het is alsof we op een koord boven een ravijn lopen. We willen allemaal naar de veilige kant, waar we ons klimaatbeleid beter op orde hebben en waar herstel mogelijk is met een economie die duurzaam en crisisbestendig is. Tegelijkertijd zijn we bang om naar beneden te kijken, naar de problemen die kunnen ontstaan als we proberen te veranderen, zoals het verlies van welvaart, banen en stabiliteit. Hoe kunnen we veranderen zonder te vallen?
De gerenommeerde economisch antropoloog Karl Polanyi waarschuwde al voor de gevaren van uitgesproken marktfundamentalisme dat mensen, natuur en geld reduceert tot niets meer dan handelswaar. De gevolgen hiervan zien we vandaag. De huidige ecologische crisis is een symptoom van een dieperliggend probleem. Te lang hebben we een politiek beleid gevoerd dat een roekeloze, ongebonden economische ideologie heeft laten voortduren. Dit is niet langer houdbaar.
We moeten ons beleid en onze economie herstructureren met een focus op menselijke waardigheid, sociale rechtvaardigheid en het herstel van onze biosfeer. Ons bestaan is fundamenteel vervlochten met deze biosfeer. Dat realiseren we ons nog te weinig. Daarom moeten we zorgvuldiger en doordachter met deze biosfeer omgaan. Dit vereist een ingrijpende mentaliteitsverandering. We weten wat er moet gebeuren.
De kunst van samenwerking
In onze strijd tegen klimaatontwrichting gaat het niet alleen om wat we moeten doen, maar ook om wie aan zet is. Dit vergt een holistische aanpak, van overheden en bedrijven tot gemeenschappen en individuen. We hebben allemaal een rol te spelen.
De overheden zijn de dirigenten van dit ecologische symfonieorkest. Zij hebben de moeilijke taak om het tempo te bepalen, beleid op te stellen en te implementeren, en de overgang naar een klimaatneutrale economie en een duurzame toekomst te realiseren. Dit betekent het opzetten van een solide infrastructuur, omvangrijke investeringen en de financiering van hernieuwbare energie stimuleren.
Samenwerking en technologische innovatie zijn cruciaal in de strijd tegen klimaatverandering. Innovatieve overheden moeten het voortouw nemen en een veilige haven bieden voor grensverleggend beleid. Dit betekent het stimuleren van onderzoek en ontwikkeling, wetenschapsbeleid, meer investeren in onderwijs en een robuust competentiebeleid. Samenwerking is hierbij essentieel.
Bedrijven daarentegen kunnen niet achterover leunen en toekijken. Ze moeten hun bedrijfsmodellen kritisch herzien en hun focus richten op duurzaamheid. Dit betreft niet alleen het vergroenen van hun productieprocessen, maar ook het waarborgen van de duurzaamheid van hun gehele toeleveringsketens.
Greenwashing moet stoppen. Een laagje groene verf is niet genoeg om de onderliggende problematiek te maskeren. Bedrijven moeten vanuit een holistisch perspectief hun impact op onze planeet drastisch verminderen.
Daarnaast spelen onze lokale gemeenschappen en overheden een cruciale rol in de overgang naar duurzaamheid. Ze brengen veranderingen in praktijk, of dat nu door middel is van recyclageprogramma's, het aanmoedigen van groene ruimten of het opzetten van gemeenschapsprojecten rond hernieuwbare energie. Door te bouwen aan veerkrachtige lokale economieën, kunnen gemeenschappen bijdragen aan een groenere, duurzamere wereld.
Als individuen hebben we ook de kracht om verandering te stimuleren. Van onze eigen koolstofvoetafdruk verminderen door energiezuinig te leven en ons eetpatroon te veranderen, tot actief deelnemen aan politieke processen om klimaatverandering hoger op de agenda te krijgen.
Een sociaal-rechtvaardige omslag
Het is belangrijk om in gedachten te houden dat deze transitie niet eenvoudig zal zijn. Het vraagt om enorme investeringen, structurele veranderingen en, misschien wel het belangrijkste, een bereidheid om ongemakkelijke waarheden onder ogen te zien. Maar we kunnen ons niet langer laten leiden door angst of onzekerheid. We moeten de uitdaging aangaan en ons wijden aan een wereld die niet alleen duurzamer is, maar ook eerlijker.
We moeten ons inspanningen ook intensiveren op het gebied van dierenrechten, sociale rechten en werknemersrechten. Het is cruciaal dat we milieuvernietiging tegengaan, de uitstoot onmiddellijk tot nul reduceren, ontbossing stoppen, rewilding aanmoedigen en onze voedsel- en productiesystemen hervormen. Bovendien moeten we de inzet van hernieuwbare energie stimuleren.
Er is bovendien een sociaal rechtvaardige fiscale visie nodig: verhoog de belastingen op buitengewone winsten, vervuiling, grondstofmisbruik en uitstoot. Het is daarbij van primordiaal belang dat deze extra belastingen niet wordt doorgeschoven naar de gewone burger. Daarom blijven sterke openbare diensten en een overheid onontbeerlijk.
Deze ingrijpende veranderingen bieden enorme mogelijkheden: een gezondere bevolking, groene banen, een bloeiende economie en een opbloeiende biodiversiteit. Kortom, een duurzame toekomst voor ons en al het leven op aarde. Zoals het laatste IPCC-rapport benadrukt: als we nu actie ondernemen, kunnen we nog steeds een leefbare en duurzame toekomst voor iedereen garanderen. Wat moet, dat lukt, optimisme van de wil dus.
De economie moeten ten dienste staan van mens en planeet, niet van aandeelhouders en het grootbedrijf. Dit betekent dat we nieuwe manieren moeten vinden om waarde te creëren, die niet afhankelijk zijn van de uitbuiting van natuurlijke hulpbronnen of menselijke arbeid.
Samen potten breken
Tot slot moeten we niet vergeten dat dit wereldwijd probleem wereldwijde oplossingen vereist. Internationale samenwerking is cruciaal.
Deze zomer is opnieuw een duidelijke wake-upcall. Het is onze verantwoordelijkheid om actie te ondernemen. Hoop en optimisme moeten daarin belangrijke drijfveren zijn. Laten we ons inzetten voor een duurzame toekomst, voor onszelf en de volgende generaties. Samen kunnen we de koers van de geschiedenis veranderen en een wereld creëren die veerkrachtig, eerlijk en duurzaam is.
De keuzes die we nu maken, zullen bepalen hoe we ons door deze crisis navigeren en wat voor soort wereld we achterlaten voor de toekomstige generaties. Laten we ervoor zorgen dat het de juiste keuzes zijn. Zodat we naar een klimaatzomer zonder zorgen kunnen in de toekomst, liefst al in 2033.
Of moet ik daarvoor eerst het boek lezen?
In elk geval zet dit soort artikel mij niet aan om in actie te schieten. We hebben nood aan tastbare voorstellen, veel meer dan aan “laat ons allen “ gepredik . Dit is exact wat de politiek de laatste 20 jaar doet. Van Apache verwacht ik meer inhoud en afgelijnde visie. Jullie zijn een van de weinige kranten die dat nog kunnen en durven! Doe het dan ook ipv dit ontgoocheld artikel zonder enige richting te publiceren.