Milieu-inspectie ondermijnd

In een reportage van het VRT-programma PANO van 22 september getuigden milieu-inspecteurs over een gebrek aan prioriteit om zware vervuilers aan te pakken. Ze spraken ook van beïnvloeding door leidinggevenden om de grootindustrie uit de wind te zetten. De getuigenissen bevestigen knelpunten die aan bod kwamen in berichtgeving van Apache de afgelopen jaren.
Politieke beïnvloeding bleek bijvoorbeeld toen een topman van het kabinet-Schauvliege de milieu-inspectie buitenspel zette in het voordeel van een olie-importeur. De toenmalige regering-Bourgeois (N-VA, CD&V en Open Vld) schoot toen ook, op vraag van de chemische industrie en Vlaams netwerk van ondernemingen Voka, een plan af om vervuilende bedrijven transparanter te maken.
Zware inbreuken, of het nu gaat om bouwmisdrijven of veel te veel gif lozen in de Schelde, worden amper door de parketten vervolgd en bestuurlijke boetes zijn vaak belachelijk laag.
Niet alleen de lakse handhaving van grootvervuilers is een probleem. Vlaanderen telt ook duizenden bedrijven die zonder milieuvergunning of verplichte melding actief zijn. Het ontbreekt lokale besturen mankracht om die bedrijven op te sporen, een taak die de vorige Vlaamse regering afstootte. Omwonenden met klachten voelen zich bovendien vaak niet gehoord door de inspectie.
Voor het aantreden van Zuhal Demir (N-VA) als minister van Omgeving, waren vijftien jaar lang CD&V-ministers bevoegd voor Leefmilieu. De top van de milieu-inspectie (afdeling Handhaving) bestaat uit politiek benoemde CD&V-getrouwen. In 2019 was het personeel vernietigend over de top en de jarenlange besparingen van de politiek. Nochtans is de bescherming van het leefmilieu en de bescherming van de volksgezondheid een van de kerntaken van een overheid.