Peter Vandermeersch en NRC Handelsblad trekken het boetekleed aan

Tom Cochez
Peter Vandermeersch.
Peter Vandermeersch.
Peter Vandermeersch.

De tweede helft van februari woedde in Nederland een heftig debat over de manier waarop NRC Handelsblad berichtte over de gezondheidstoestand van prins Friso. De krant bracht op pagina één een egoreportage waarin journaliste Jannetje Koelewijn verslag deed over de gezondheidssituatie van de Nederlandse prins die kort daarvoor in een lawine was terecht gekomen.

Meer nog dan de informatie zelf (die verkeerd bleek te zijn), zorgde de manier waarop de journaliste, daarbij voluit gesteund door haar hoofdredacteur, aan de private medische informatie van de prins was gekomen voor een fel mediadebat in Nederland.

De waarheid

In een opiniestuk in De Standaard legde Peter Vandermeersch enkele dagen later uit waarom hij ook vandaag nog het stuk zou publiceren:

Publiceren we, dan schenden we de privacy van de patiënt, en werken we mogelijk mee aan de schending van het medisch beroepsgeheim. Publiceren we niet, dan laten we na wat we claimen te doen: met onze journalistieke methodes proberen de waarheid over relevante zaken zo genuanceerd mogelijk aan het licht te brengen.

Bijna twee weken lang werd er in Nederland heftig gedebatteerd over de kwestie. Lezers van het NRC Handelsblad vroegen om uitleg en in praatprogramma's zoals Pauw&Witteman en De wereld draait door maakte de NRC-hoofdredacteur geen goede beurt.

Uiteindelijk werd beslist om aan Thom Meens, voormalig ombudsman van (concurrent) de Volkskrant te vragen de berichtgeving in het NRC Handelsblad over prins Friso grondig te onderzoeken. Het verslag van de externe deskundige werd intussen gepubliceerd in het NRC Handelsblad met een nawoord van de hoofdredacteur.

Kwaliteitsjournalistiek

De conclusie van Thom Meens laat aan duidelijkheid niets te wensen over:

Niemand ter redactie heeft zich gerealiseerd hoe explosief het materiaal was. Het ging om een lid van de Koninklijke familie. De krant beschikte over exclusieve medische informatie, verkregen op een plaats in een ziekenhuis waar je normaal geen toegang hebt, en die je bovendien toeschrijft aan een bron, bij wie een gewoon verslaggever op dat moment nooit in de buurt kan komen. Een hoogleraar neurochirurgie, die overigens ontkent dat hij al die informatie heeft gegeven. Door de ik-vorm kreeg het verhaal een extra dimensie, die nog werd versterkt door de plaats in de krant: pal op de voorpagina. Met een kop erboven die in één klap, als speculatie, iets opriep wat niemand tot dan besefte: het brein is in gevaar. Bovendien verscheen het verhaal in NRC Handelsblad, doorgaans, maar niet dit keer, een toonbeeld van betrouwbare en zorgvuldige kwaliteitsjournalistiek.

Ook hoofdredacteur Peter Vandermeersch zelf wordt door Thom Meens niet gespaard:

De hoofdredactie is te lang achter het artikel en de verslaggeefster blijven staan. Dat mag in eerste instantie getuigen van goed werkgeverschap, het getuigt niet van gezonde journalistieke nieuwsgierigheid en achterdocht. De hoofdredactie heeft overigens nog wel uitgebreid gesproken met de verslaggeefster, maar is er niet in geslaagd precies te achterhalen hoe een en ander in zijn werk is gegaan in Innsbruck.

Excuus

In zijn naschrift maakt Peter Vandermeersch duidelijk dat hij het eens is met de scherpe veroordeling van de publicatie:

We onderschrijven de conclusies die Thom Meens trekt over deze zaak. We kunnen niet anders dan vaststellen dat we na een exceptionele samenloop van omstandigheden, met de beste bedoelingen, in onze ijver om de lezer zo goed mogelijk te informeren en onze journalistieke taak te vervullen, fouten hebben gemaakt. (...) Bij deze gelegenheid wil ik klaar en duidelijk ons excuus aanbieden aan de lezer, omdat we in deze zaak niet hebben beantwoord aan de hoge normen die hij van ons mag verwachten, en aan de koninklijke familie voor het persoonlijke leed dat we mogelijk hebben vergroot.

Het verdict mag dan al beenhard zijn, het pleit voor het NRC Handelsblad dat de krant een externe onderzoeker durft aan te stellen, zijn conclusies in de krant publiceert en ruiterlijk toegeeft dat ze al die tijd het onverdedigbare heeft verdedigd.

In België is het vooralsnog ondenkbaar dat een krant zoiets zou doen. De Standaard heeft een ombudsman in dienst die geregeld kritisch durft te zijn voor de eigen krant, maar wat NRC Handelsblad in deze zaak doet, gaat vele stappen verder. Of het ook effectief de aangetaste geloofwaardigheid van de krant kan herstellen blijft afwachten, maar het is op zijn minst een poging.

 

Dit artikel kwam tot stand met steun van de Vlaamse overheid.
LEES OOK
Tom Cochez / 05-12-2014

Het geld achter NRC Handelsblad

Na De Persgroep stak deze week ook Mediahuis de Nederlandse grens over om er NRC Handelsblad op te kopen. Applaus op alle banken voor zoveel Vlaamse expansiedrift, maar de…
Peter Vandermeersch legt uit waarom de Vlaamse krantenuitgevers volgens hem zo sterk staan (Screenshot Ter Zake)
Peter Casteels / 11-06-2014

De eigenaar van mediabedrijven bepaalt het nieuws

Wie mediabedrijven bezit, bepaalt de kwaliteit van het nieuws. Dat blijkt uit onderzoek van promovenda Mathilde Sanders. Een bedrijf dat wordt bestuurd door investeerders die in…
Mathilde Sanders
Joost Ramaer / 28-11-2012

Who’s next?: De richtingenstrijd binnen NRC Media

Never a dull moment bij NRC Handelsblad onder Peter Vandermeersch, maar vermoeiend is het wel, het gepalaver van de krant tussen deftige meneer en hippe jongeling. Laatste…
399px-PeterVd675