Dit is een gastbijdrage. Een Apache-lezer levert met dit stuk een bijdrage aan het maatschappelijk debat. De auteur schrijft in eigen naam en is verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst.

Roofkunst versjacheren doe je best in België (II)

Marianne Van Boxelaere
Mona lisa
Henry Moore, Reclining Figure 1969–70, gefotografeerd in maart 2004 in de Henry Moore Foundation in Hertfordshire.

Wat vandaag wordt gepikt in Zuid-Frankrijk, kan morgen al via de haven van Antwerpen op een zeecontainer zitten richting Verenigde Staten. België is dan ook een zwakke schakel, zo niet ‘de zwakste schakel in de strijd tegen illegale kunsthandel’, zei Edouard Planche, hoofd van Unesco, aan Le Soir.

Een jaar lang zochten zeven senatoren naar oplossingen die ons land van zijn kwalijke reputatie moeten afhelpen. Op 15 juni 2018 presenteerden ze een informatierapport met concrete aanbevelingen aan de federale regering. De timing kon niet beter, nu er in 2018 – het Europees Jaar van het Cultureel Erfgoed – meer belangstelling is voor de bescherming van onze kunst en cultuur.

Welke problemen willen de senatoren verhelpen? In hoeverre voldoen hun aanbevelingen? En waarom stemde N-VA tegen? Welkom in het Belgische labyrint, waar kunstrovers beter hun weg in vinden dan politie en politiek. Of zal Europa met haar nieuwe verordening enkele gaten dichtrijden? Er zijn redenen om te hopen van niet.

Mona lisa
Henry Moore, Reclining Figure 1969–70, gefotografeerd in maart 2004 in de Henry Moore Foundation in Hertfordshire.

Herstel de cel Kunst en Antiek

In 2014 werd beslist om de cel Kunst en Antiek van de federale politie te ontmantelen en vanaf 2016 te integreren op het niveau van de arrondissementen Antwerpen, Bergen, Brussel, Gent en Luik. ‘Wij hebben vooral ingezet op een wendbare politie wier experts zich ook moeten toeleggen op de verbanden tussen malafide netwerken, eerder dan allemaal apart hun fenomenen te onderzoeken’, zei de woordvoerder van de minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA).

Het is zeker zo dat kunstroof vaak verbonden is aan andere misdaden als witwasserij, overvallen, terrorisme, … maar deze redenering gaat voorbij aan de links die er ook bestaan tussen de verschillende kunstroven zelf. Neem nu kerkdiefstallen. Vóór 2016 werden de processen-verbaal gecentraliseerd bij de cel Kunst en Antiek. Wanneer de speurders een stijging van het aantal inbraken in een bepaalde regio opmerkten, waarschuwden ze de omliggende politiezones en keken patrouilles uit naar verdachte handelingen rond de kerken.

Gecentraliseerd kon de cel cijfers verzamelen en statistieken publiceren. Ze kon de nationale databank met vermiste en gestolen cultuurgoederen up-to-date houden en alerts verspreiden in veilinghuizen en antiekzaken.

Vandaag wordt verwacht dat elke individuele politiecel op lokaal niveau over voldoende kennis en kunde beschikt om kunstdiefstal aan te pakken, maar dat is wishful thinking. ‘Voordat de cel Kunst en Antiek werd opgedoekt, bood ze operationele steun aan de agenten op het terrein’, getuigt een rechercheur van de gerechtelijke politie die anoniem wil blijven. ‘De collega’s van de cel schreven richtlijnen uit en volgden oplichting, heling en kunstvervalsing op. Ze hadden een uitgebreid netwerk en vele contacten: iedereen wist ze te vinden zodra er bij een misdaad kunst- en cultuurvoorwerpen betrokken waren. Dat alles ligt nu stil, bij gebrek aan mankracht en middelen.’ Niet toevallig is de ophelderingsgraad van kunstdiefstal in België gezakt tot nul procent.

Zoom uit op Frankrijk en je ziet dat daar 23 rechercheurs werken in de cel Kunst en Antiek. Die worden systematisch ingeschakeld als co-speurder in alle dossiers waarin kunstroof opduikt. In tegenstelling tot België kunnen ze ook rekenen op de steun van magistraten met een kunstspecialisatie. In Italië zoeken driehonderd carabinieri dagelijks naar kunstdieven. Ze ontwikkelden een app waarmee politie en douane foto’s kunnen nemen die kunnen worden vergeleken met een internationale database van vermiste kunstwerken.

‘In Nederland werd enkele jaren geleden de kunstcel ook afgeschaft’, zegt Nicole Gesché-Koning, lid van de Commission belge francophone et germanophone pour l’UNESCO. ‘Maar achteraf kwamen ze tot de vaststelling dat dit fout was en werd de afdeling kunstcriminaliteit binnen het Korps Landelijke Politiediensten opnieuw opgestart, met een databank en een systeem van lokale “taakaccenthouders” die zich in elk lokaal korps met kunstcriminaliteit bezighouden.’ Vandaag telt de Nederlandse cel Kunst en Antiek tien personen.

Pimp de databank en praat met elkaar

De eerste aanbeveling van de Belgische senatoren luidt dan ook: herstel de cel Kunst en Antiek en bestaf ze met vier of vijf rechercheurs, een douane-ambtenaar en een referentiemagistraat bij het federaal parket.

Die magistraat is een stap in de goede richting, maar verhelpt niet alles. ‘In België kan een kunstdief tien jaar na de feiten niet meer strafrechtelijk worden vervolgd’, zegt een kunstspeurder in De Tijd. ‘De diefstal is dan verjaard, de dief niet meer strafbaar. Het volstaat dus om een gestolen werk enkele jaren te verbergen om het daarna volledig wettelijk te kunnen verkopen. De Belgische wet dicteert dat in de drie jaar na de diefstal de bonafide koper van een gestolen kunstwerk het werk moet teruggeven aan de wettelijke eigenaar. Die laatste moet dan alle kosten terugbetalen die de koper heeft gemaakt, wat eigenlijk wil zeggen dat hij zijn gestolen kunstwerk moet terugkopen.’

Zelfs als een dief binnen de verjaringstermijn wordt betrapt, is de straf niets om voor terug te schrikken. Een Tuymans ontvreemden weegt niet zwaarder dan op straat een sacoche pikken: in België wordt elke diefstal zonder geweld op dezelfde manier berecht.

Naar Italiaans model mikt een volgende aanbeveling van de senatoren op een efficiëntere databank met geolocatie, een aansluiting op PoliceMaps, geautomatiseerde rapportage aan Interpol en een sterkere beeldverwerking en -vergelijking. Eerstelijnspolitiediensten moeten de databank bovendien kunnen raadplegen op het terrein en foto’s en info kunnen toevoegen via mobiele toepassingen. Zelfs de hele sector zou toegang moeten krijgen tot de databank, mits de privacy van de kopers en verkopers wordt gerespecteerd.

Vervolgens bevelen de senatoren aan om het interfederaal overlegplatform 'Invoer, Uitvoer en Restitutie van Cultuurgoederen' opnieuw leven in te blazen. Dat platform werd in 2009 opgericht om de douane en andere betrokken spelers bij de strijd tegen illegale kunsthandel rond de tafel te krijgen, maar sinds de ontmanteling van de cel Kunst en Antiek stierf het een stille dood.

Overleg is nochtans de sleutel tot succes in de strijd tegen kunstroof, net omdat de institutionele structuur van België alles onmogelijk complex maakt. Opsporing en bestraffing van kunstroof en illegale kunsthandel zijn een federale bevoegdheid, terwijl de bescherming van cultureel erfgoed de bevoegdheid is van de Franse, Vlaamse en Duitse Gemeenschappen. Met ‘cultureel erfgoed’ wordt bovendien enkel roerend erfgoed bedoeld, want onroerend erfgoed is dan weer gewestelijke bevoegdheid.

Concreet: de gemeenschappen kunnen dus roerende goederen klasseren die zich in hun gebouwen bevinden, maar niet de gebouwen zelf. Voor kerken en geklasseerde musea, zoals het Museum voor Schone Kunsten van Doornik, is het ook niet duidelijk of een goed roerend dan wel onroerend is. Biechtstoelen zijn bijvoorbeeld intrinsiek verbonden met het gebouw en worden naargelang de interpretatie als roerende of onroerende goederen beschouwd. Raak je er nog aan uit? Dit bestuurlijke kluwen zorgt ervoor dat er zeker in Brussel heel wat blinde vlekken zijn.

Daarbovenop komen ook internationale instrumenten tegen de illegale kunsthandel. Zo ontwikkelde Unesco al in 1970 een 'Verdrag inzake de restitutie van cultuurgoederen', dat de verschillende nationale wetgevingen in Europa op elkaar afstemt. Hoewel België het verdrag ondertekende in 2009, is het vandaag nog steeds niet geïmplementeerd in de wet. Een hapklaar ontwerp voor een omzettingswet ligt al sinds 2013 klaar. Waarop wachten we? Niemand weet het.

Het UNIDROIT-Verdrag van 1995 vormt een aanvulling op dat Unesco-Verdrag. Het is geïnspireerd op de Amerikaanse regelgeving, maar gaat verder dan Unesco wat betreft de teruggave van culturele goederen. Daarnaast zorgen het Verdrag van Nicosia (2017), aangevuld met Resolutie 2199 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties, en de Europese richtlijn 2014/60 voor een quasi volledige juridische dekkingsgraad die de verkoop van illegale oudheden uit het Midden-Oosten op Europese kunstmarkten moet tegengaan.

Europa: het kind met het badwater?

‘Naast het opvoeren van actieve opsporing, zoals het sturen van hondenteams die aan de grens voorwerpen uit de oudheid kunnen ruiken, wordt ook gewerkt aan preventieve controle’, zei anti-terreurcoördinator Gilles de Kerchove in De Morgen.

Zo probeert Europa een systeem op het getouw te zetten voor import- en exportcertificaten. De commissieleden werkten daarvoor het voorbije jaar nauw samen met de World Customs Organization (WCO) en boksten een voorstel voor ontwerp in elkaar. Dat voelt stroef aan: het stelt allerlei nieuwe procedures voor die wel steek houden op papier, maar moeilijker werken in de praktijk.

Met extra importformulieren legt het nieuwe wetsvoorstel de invoer van objecten uit oorlogszones aan banden, door de controle van het land van herkomst te verdubbelen. Maar smokkelaars hebben al lang iets gevonden op de bijkomende douaneformaliteiten: geplunderde kunstvoorwerpen uit oorlogsgebieden worden eerst naar Azië getransporteerd en van daaruit Europa binnengesluisd. Zolang er op het douaneformulier een Aziatisch land van herkomst staat, is alles in orde.

Dat is ook wat gebeurde met de handel in bloeddiamanten. ‘Zodra Sierra Leone en de Centraal-Afrikaanse Republiek op de zwarte lijst waren gekomen, werd Kameroen plots de grootste diamantexporteur ter wereld’, zei Mariya Polner tijdens een EU-conferentie over illegale handel van cultuurgoederen op 23 mei 2018. Het volstaat dus om bloeddiamanten van Sierra Leone naar Kameroen te smokkelen om ze weer smetteloos te krijgen.

De nieuwe EU-verordening eist ook dat iedereen die kunstvoorwerpen invoert die ouder zijn dan 250 jaar, meteen de juridische legaliteit moet aantonen. Wil je een Afrikaans masker of een precolumbiaans beeld invoeren, dan moet je dus voortaan een contractje kunnen voorleggen dat het kunstobject honderden jaren geleden op koosjere wijze werd aangeschaft.

Vrijwel zeker zal de verordening worden goedgekeurd, maar bijna even zeker is dat de erfgoedsector en de legale kunsthandel daarmee de komende jaren op problemen zullen stuiten.

Want als de Vlaamse Erfgoedbibliotheek binnenkort een Antwerpse druk uit 1650 van een Amerikaanse antiquair wil kopen, zou hij met officiële documenten moeten bewijzen dat het boek wettelijk uit de Spaanse Nederlanden is geëxporteerd. Dat is onmogelijk: het exemplaar kan net zo goed al in 1652 vanuit Sevilla naar Zuid-Amerika zijn verscheept. Volgens de voorliggende Europese verordening kan het boek dan niet wettelijk de EU worden binnengebracht.

Ook uitvoeren wordt nodeloos complex met de nieuwe EU-wet. Als een Europese handelaar naar beurzen buiten de EU wil trekken, bestaat de kans dat zijn eigen goederen bij terugkeer de EU niet meer binnen mogen. Het Europees initiatief om de illegale handel in cultuurgoederen af te remmen, zou dus ook de legale handel in cultuurgoederen zo goed als lam kunnen leggen.

‘Enkele weken geleden was ik zelf aanwezig op een vergadering van de Europese Raad Onderwijs, Jeugdzaken, Cultuur en Sport en het punt is toen aan bod gekomen’, zei minister Sven Gatz tijdens de commissievergadering Cultuur, Jeugd, Sport en Media van 14 juni 2018. ‘Ik wil me er niet achter verstoppen, maar de Duitse vertegenwoordiging was nogal onwrikbaar. (…) Het materiële toepassingsgebied van de voorgestelde verordening is zo ruim dat zowat alle erfgoedactoren de effecten zullen voelen. Het is duidelijk dat de invoering en de toepassing van de verordening tot hinder voor de legale handel zal leiden.’

Toch opmerkelijk, die Duitse vastberadenheid: net in Duitsland klaagt de sector steen en been over de (hou je vast) Kulturgutschutzgesetz [cultuurgoedbeschermingswet] die in 2016 van kracht ging. Goederen die ouder zijn dan 70 jaar en een waarde hebben van 300.000 euro en meer, mogen volgens die wet het land niet meer uit zonder uitvoervergunning. Gaat het om een kunstvoorwerp ‘met nationale waarde’, dan kan het enkel nog binnen Duitsland circuleren.

Uit vrees dat zijn schilderijen zouden worden ‘ingebunkerd’ door de Duitse staat, trok Georg Baselitz daarop zijn langdurige bruiklenen terug uit de Duitse musea. ‘Ik zou exact hetzelfde doen’, zei Gerhard Richter op Spiegel Online. ‘Niemand heeft het recht om me op te leggen wat ik met mijn werken mag doen.’

Op het Europese wetsvoorstel over import- en exportcertificaten werd in april een hele stapel amendementen of wetswijzigingen ingediend. Nu is het wachten op de stemming in het Europees Parlement. De legale kunsthandelaars, antiekzaken, veilinghuizen en erfgoedbibliotheken doen dat met een bang hart: een goedkeuring van de wet zou aanzienlijk veel toekomstige paperasserij met zich meebrengen.

Kleine spelers hebben vaak de tijd noch de middelen om de omslachtige procedures voor elke in- of uitvoer te doorlopen. De douaniers hebben die tijd en middelen ook niet. Alle goederen moeten worden gecheckt. En als er keuzes moeten worden gemaakt, valt de controle van culturele goederen tussen de mazen van het net.

Aanbevelingen in de wind?

Het informatierapport van de Belgische Senaat was dan ook om die reden nuttig: vertegenwoordigers van de legale kunsthandel en de erfgoedbibliotheken kregen de kans om hun stem te verheffen en tot waakzaamheid op te roepen. Een van de rapporteurs, senator en sp.a-parlementslid Katia Segers, kaartte het probleem vervolgens aan in het Vlaams Parlement, zodat elke fractie haar eigen mensen in het Europees Parlement kon aanspreken en iedereen kon aansturen op een evenwichtige Europees wetsvoorstel.

Alle partijen namen het informatierapport over kunstroof aan, behalve N-VA, die stemde tegen. ‘Bij gebrek aan cijfers’, zeiden ze al tijdens de besprekingen van het rapport. Klinkt logisch, ware het niet dat de zwarte markt zich niet in kaart laat brengen: die is zwart, ondergronds, illegaal. Maar een gebrek aan cijfers wil niet zeggen dat het probleem niet bestaat.

Bovendien doet er een buitengewoon grote hoeveelheid verkeerde informatie de ronde, waarbij ongegronde speculaties en onzorgvuldige verslagen worden gepresenteerd als feitelijke informatie. Voor een recente studie deed de World Customs Organization bijvoorbeeld een beroep op de 28 EU-lidstaten om cijfermateriaal te verzamelen. Slechts 13 van de 28 EU-lidstaten leverden data aan, wat de accuraatheid van de studie naar beneden trok.

‘Het valt te betreuren dat N-VA zich niet kon vinden in het informatierapport en tegen stemde’, zegt Katia Segers. ‘Om een internationaal probleem van die omvang aan te pakken is samenwerking over de grenzen van de gewesten heen nu eenmaal cruciaal. Jammer dat N-VA per se een communautair punt wil maken, zelfs wanneer het de bestrijding van terreur betreft.’

Het is dus maar de vraag of de huidige regering iets zal doen met de aanbevelingen van de Senaat. Blijft de omzettingswet van het Unesco-Verdrag weer tien jaar lang op een bureau liggen? Laten ze de Belgische reputatie, rotslecht in de ogen van de internationale partners in de strijd tegen illegale handel in cultuurgoederen, verder verloederen? Ook hier weer zijn er vele redenen om te hopen van niet.

LEES OOK
Karl van den Broeck / 27-04-2024

Hoe lang kan een partij een verrader in haar rangen dulden?

Het net rond Vlaams Belang-parlementslid Filip Dewinter is helemaal gesloten en toch blijft hij op post.
Dewinter en Van Grieken
De Helpdesk / 27-04-2024

'Help, zogenaamde democraten steken mij de loef af!'

Deze week kreeg De Helpdesk een in zijn eer gekrenkte dictator aan de lijn.
De Helpdesk met Bashar al-Assad
Koen Smets / 26-04-2024

Snel denken, verkeerd denken

Snel denken is een adaptieve eigenschap die ons goed van pas komt.
marathon