The Intercept schrijft dat Facebook al een 150-tal Israëlische verzoeken om "content" te verwijderen heeft ingewilligd. De vragen komen via de Israëlische minister van Justitie Ayelet Shaked, lid van de nationalistische en religieus-Zionistische partij Joods Huis die strijdt tegen de tweestatenoplossing en voor het behoud van de bezette Palestijnse gebieden.
De Israëlische geheime diensten screenen Facebook en andere sociale media en melden berichten die volgens hen opruiend zijn. Die berichten worden door Facebook vervolgens offline gehaald. Israël dreigde aanvankelijk met sancties en zelfs met het blokkeren van het sociale netwerk, indien Facebook weigerde mee te werken.
Facebook verwijdert niet enkel berichten die Israël als opruiend beschouwt, het schorst of verwijdert ook regelmatig accounts van Palestijnse journalisten en activisten. Zelfs de pagina van de Palestijnse partij Fatah werd begin 2017 tijdelijk geschorst omwille van een foto van een gewapende Yasser Arafat.
Twee maten
Glenn Greenwald van The Intercept merkt op dat Facebook geen actie onderneemt tegen Israëlische oproepen tot geweld. Een Facebookcampagne die opriep om wraak te nemen op "Arabieren" na de moord op drie Israëlische tieners liet Facebook bijvoorbeeld ongemoeid.
Facebook meet volgens Greenwald met twee maten en twee gewichten, en dat heeft alles te maken met de macht van degene die om de censuur vraagt, stelt hij.
Greenwald wijst bijvoorbeeld op de afgesloten account van de Tsjetsjeense president Ramzan Kadyrov. Facebook sloot zijn account niet af omdat hij beschuldigd wordt van grootschalige mensenrechtenschendingen of de vervolging en foltering van holebi's. Het Amerikaanse bedrijf ging pas over tot actie toen Kadyrov door de Amerikaanse overheid op een zwarte lijst was gezet.
Greenwald schrijft dat de VS dus de "unilaterale en ongecontroleerde" macht heeft om iemands accounts op Facebook of Instagram te laten verwijderen. Dat een Amerikaanse journalist die op Facebook pleit voor geweld tegen pakweg Noord-Korea of Iran van Facebook geweerd zou worden, is volgens Greenwald ondenkbaar.
Hij vreest dan ook dat vooral de al gemarginaliseerde groepen getroffen dreigen te worden door de censuur van Facebook en de overheden waarmee het samenwerkt. De Palestijnen zijn alvast een belangrijk voorbeeld. En dan te bedenken dat Facebook een aantal jaren geleden nog gezien werd als drijvende kracht achter de Arabische Lente.
