Terzake doet het wel vaker en dikwijls werkt het: een journalist of opiniemaker van aan de andere kant van de taalgrens uitnodigen. De analyse van Véronique Lamquin – De Franstaligen zijn het beu dat Bart De Wever niet met negen aan tafel wil – werd aan deze kant van de taalgrens ook al wel voorzichtig gemaakt, maar het was wachten op de passage van de journaliste van Le Soir op Terzake om Vlaanderen echt duidelijk te maken hoe zwaar de Franstaligen tillen aan de weigering van N-VA om met z’n allen rond de tafel te gaan zitten. Of dat terecht of onterecht is, is van weinig belang. We weten op zijn minst dat het politici aan de andere kant van de taalgrens zeer hoog zit.
Pingpong
Véronique Lamquin zat in de Terzake omdat de ‘provocaties’ tussen Vlaamse en Franstalige partijen elkaar begin vorige week in snel tempo opvolgden. Er waren scherpe interviews met Vlaams minister-president Kris Peeters en met Joëlle Milquet (CdH). Die werden gevolgd door de versnelde oprichting van de federatie Wallo-Brux en een reeks bitse communiqués van vooral MR en N-VA.
Terzake had het bijgevolg de hele uitzending lang over pingpong tussen Vlamingen en Franstaligen. Maar opvallend was hoe ook in het gesprek tussen Lieven Verstraete en Véronique Lamquin langzaam maar zeker kenmerken van datzelfde spel binnen slopen, zij het dan met minder smashes en venijnige dropshots. Het zat in kleine details. In een verraste gelaatsuitdrukking. In net dat suggestief woordje extra. Lieven Verstraete bijvoorbeeld die zich liet ontvallen: “Ik begrijp niet goed waarom de Franstalige partijen zo verrast zijn door de woorden van Kris Peeters en dat ook nog een provocatie noemen. Hij herhaalt eigenlijk alleen maar het Vlaamse standpunt.” Het antwoord van Véronique Lamquin liet zich in een woord samenvatten: timing. Kris Peeters had zijn moment bewust slecht gekozen.
Vlaamse journalisten praten vooral met Vlaamse politici en werken voor een Vlaams publiek. Franstalige journalisten praten vooral met Franstalige politici en werken voor een Franstalig publiek
Zo ging het nog een tijdje heen en weer. Sympathiek, bijna gemoedelijk kibbelend. Met momenten gingen beide journalisten ook wel samen op zoek naar een soort gedeelde journalistieke analyse, maar tegelijk bleef er toch die fundamenteel andere kijk op de zaak. Een Vlaamse kijk en een Franstalige kijk. Twee werelden. Een groot verschil met de momenten waarop pakweg Tim Pauwels of Bart Verhulst mee aan tafel schuiven om de stand van het land toe te lichten. Op die momenten is er eenstemmigheid. Samen met Véronique Lamquin was er tweestemmigheid.
Communautaire bril
Het gesprek op Terzake is illustratief voor een evolutie die zich sluipend, maar steeds duidelijker voltrekt. Een Belgisch journalistiek perspectief lijkt nauwelijks nog te bestaan. Gelukkig zijn er nog enkele uitzonderingen, maar een Belg die een objectieve, niet communautair gekleurde journalistieke analyse wil over de stand van zijn land moet die min of meer zelf maken. Bijvoorbeeld door naar een gesprek tussen een Vlaamse en een Waalse journalist te kijken en dan maar zelf conclusies te trekken.
Niet dat (politieke) journalisten ’s morgens bij het opstaan bewust een communautaire bril opzetten. Zo zijn er ook, maar bij het merendeel gebeurt het vanzelf. Die bril staat er gewoon. Wellicht omdat Vlaamse journalisten vooral met Vlaamse politici praten en Franstalige journalisten vooral met Franstalige politici. En misschien ook wel omdat Vlaamse journalisten voor een Vlaams publiek werken en Franstalige journalisten voor een Franstalig publiek.
Misschien is het net daarom bijna keer op keer boeiend en leerrijk om journalisten en opiniemakers van beide landsgedeelten naast elkaar te zetten.