Dit is een gastbijdrage. Een Apache-lezer levert met dit stuk een bijdrage aan het maatschappelijk debat. De auteur schrijft in eigen naam en is verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst.

De derde mogelijkheid

Koen Smets
jukebox
(Foto: CC BY Daniel Orth)

Er was eens, lang geleden, een televisieprogramma op BBC met de naam Juke Box Jury (er was ook een gelijkaardige show op de Amerikaanse TV, en wellicht hadden talrijke andere landen eveneens hun eigen versie). Elke week werden nieuwe liedjes uitgebracht, vaak door nieuwe artiesten, die allen wedijverden om de top van de hitlijsten. Dat gaf aanleiding tot flink wat speculatie, en dit programma stelde letterlijk de vraag “Hit of Misser?” aan een panel van beroemde gasten, die hun oordeel velden na het horen van elk van de nieuwe songs.

Het leek ongecompliceerd. Net zoals een muntstukje dat wordt opgegooid ofwel op kruis ofwel op munt landt, kon een plaat ofwel een hit, ofwel een misser worden. Slechts twee mogelijkheden, en de gasten konden hun expertise en inzichten ten beste geven bij het delen van hun weloverwogen opinie.

Wat zij deden reflecteert hoe we vaak in het algemeen denken. Beweringen zijn of waar of onwaar, mensen zijn of met ons of tegen ons, beleidsmaatregelen zijn of goed, of slecht. We staan geregeld voor ja-neevragen, nu eens triviale (“Zin in een vroege lunch?”), dan weer zwaarwegende (“Wil je met me trouwen?”).

Uitdrukking van onzekerheid

De originele versie van Juke Box Jury verdween van het scherm in 1967, maar het programma werd enkele keren nieuw leven ingeblazen, en het concept kreeg ook een plek in een kindershow, dertig jaar later. Opmerkelijk was dat deze incarnatie een derde optie introduceerde voor de juryleden: ze beschikten over een reuzenhand op een stok, die ze konden houden zodat de duim omhoog wees (voor een hit), of omlaag (voor een misser), of die ze horizontaal heen en weer konden wiebelen om een ‘Misschien’ aan te geven.

Een liedje kan inderdaad wel eens met een aanstekelijke riff beginnen, maar een ongeïnspireerd refrein hebben, of misschien heeft de zangeres een schitterende stem, maar is de tekst nogal lullig. Zoiets maakt het moeilijker te voorspellen of het succes zal hebben of floppen, en de gasten konden op deze manier hun onzekerheid uitdrukken.

hit miss or maybe
‘Misschien’ is ook een optie (Foto: YouTube).

In de echte wereld, twintig jaar later, blijken we in het openbare discours echter nog steeds vast te zitten in een sterke tendens tot binair denken, met weinig ruimte voor nuance.

We worden verondersteld een uitgesproken, ondubbelzinnige mening te hebben over de vaardigheid van voetbalcoaches, klimaatverandering, ongelijkheid, het talent van acteurs, vuurwapenbezit, regelgeving door de overheid en wat al meer. Politieke tegenstanders worden inherent beschouwd als kwaadaardig, enkel maar omdat ze er een andere opinie op nahouden.

Zo’n partijdige opdeling verstevigt zichzelf, volgens een recente paper door Federico Zimmerman, een neurowetenschapper aan de universiteit van Buenos Aires, en zijn collega’s. Ze onderzochten wat er schuilgaat achter de vorming van zogenaamde echokamers in het publieke debat, aan de hand van een groot aantal eenmalige politieke discussies tussen duo’s.

Uit onderzoek blijkt dat mensen met gematigde of onzekere standpunten zich aangetrokken voelen tot meer extreme en zelfverzekerde personen

Meer specifiek waren ze erop uit na te gaan of de oorzaak onze tendens is om het gezelschap op te zoeken van anderen die zijn zoals wij (in dit geval dus mensen die onze politieke mening delen). Als dat zo was, dan zou die aantrekking wederzijds zijn tussen politiek gelijkgezinden.

Dat was echter niet wat ze vaststelden. Deelnemers met gematigde of onzekere standpunten voelden zich aangetrokken tot meer extreme en zelfverzekerde personen, maar die aantrekking was niet wederkerig. Hoe aantrekkelijk iemand is, bleek een directe functie te zijn van de consistentie en zekerheid van de politieke opinies van die persoon. Gebrek aan nuance, en binair denken lijken dus de tendens naar toenemende polarisering te versterken.

Dit is het wereldbeeld waarin er slechts plaats is voor één waarheid, een waarheid die kan worden geïdentificeerd en omarmd. Een liedje moet ofwel een hit of een flop worden, een film is ofwel schitterend, ofwel barslecht, een ideologie is ofwel juist, ofwel verkeerd. Zo wordt het leven erg simpel, en kunnen we de wereld verdelen in wij (die het bij het rechte eind hebben) en zij (die het bij het verkeerde eind hebben): als je niet mét ons bent, dan ben je tegen ons.

Een derde mogelijkheid

Wat als we eens rekening hielden met een derde mogelijkheid – noch schitterend noch barslecht, noch juist nog verkeerd – en het voorbeeld volgden van de latere versie van Juke Box Jury, waar plaats was voor ‘misschien’ naast de hit en de misser? Wat als we erkenden dat, voor sommige vragen, het antwoord niet enkel onbekend of onkenbaar kan zijn, maar onbepaald?

Zelfs in de wiskunde – en dat is toch een wetenschap waar we mogen verwachten dat alles netjes is gedefinieerd: óf het ene, óf het andere – bestaan er hypothesen die noch bewezen, noch ontkracht kunnen worden.

Stel u de verzameling voor van alle gehele getallen. Hoeveel zijn er daarvan? Wel, een oneindig aantal: welk getal u ook zegt, ik kan er altijd een groter bedenken (of een kleiner, als u het over een negatief getal hebt). Beschouw nu de verzameling van alle reële getallen, dat zijn er dus die cijfers na het decimaalteken hebben. Hoeveel zijn er daarvan? Opnieuw: een oneindig aantal. Er zitten warempel een oneindig aantal reële getallen tussen om het even welke twee getallen die u kunt verzinnen.

Ook al bevatten de verzameling van gehele getallen, en de verzameling van reële getallen beide oneindig veel elementen, is het zo dat de tweede verzameling duidelijk (en aantoonbaar) groter is dan de eerste. Maar bestaat er een verzameling tussenin, eentje die meer elementen bevat dan de verzameling van gehele getallen, en minder dan de verzameling van reële getallen? Dit idee (bekend als de continuümhypothese) kan, zo blijkt, noch worden bewezen, noch worden ontkracht.

De wiskundige Sir Timothy Gowers wees op deze observatie in een Twitterdraadje waarin hij reageerde op de wat surrealistische “2+2=4/2+2=5” controverse, en concludeerde dat “het belachelijk is dat de stelling desondanks ofwel waar, ofwel onwaar moet zijn.” Als er in het domein van de wiskunde een hypothese kan bestaan die noch waar, noch onwaar is, dan zouden we misschien toch bereid moeten zijn om ook in onze alledaagse met dit soort onbepaaldheid rekening te houden.

Een onbeantwoorde vraag, en zeker eentje waarop geen antwoord bestaat, kan ons weliswaar wat ongemakkelijk laten voelen. Toch is het wellicht beter daaraan te wennen, dan te vereisen dat elke vraag een duidelijk antwoord behoeft. Wanneer we ons op ons gemak voelen bij zo’n derde mogelijkheid, dan doet het uiteindelijk niet ter zake of het gaat om een onbepaald, onkenbaar of onbewijsbaar antwoord, of gewoon dat het antwoord onbekend of onzeker is. We hebben geen antwoord of geen opinie, en we blijven daar niet stil bij staan.

duckrabbit2
Een eend, een konijn, of toch maar gewoon onbepaald?

Sterke meningen kunnen natuurlijk wel nuttig zijn. Sterke opinies, die je losjes vasthoudt laten ons toe vooruit te gaan met onze beste inzichten, gebaseerd op onvolkomen evidentie.

Ze helpen ons te laveren doorheen onzekerheid, eerder dan verlamd door besluiteloosheid te blijven zitten. (Losjes vasthouden zorgt ervoor dat we ons niet te ver engageren, en bereid zijn van mening te veranderen wanneer de feiten veranderen.)

Maar we hoeven geen sterke, zelfverzekerde opinies te hebben over alles en nog wat. Onzekerheid en onbepaaldheid zijn een inherent kenmerk van onze realiteit. Enkele dagen geleden speelde de radio Black Betty, een bluesnummer uit de jaren 70 van de hand van de groep Ram Jam (als u weet wat een jukebox is, kent u het wellicht ook nog), een cover van een oud Afrikaans-Amerikaans werklied. Waar ging dat eigenlijk over?

Ik bedacht dat ik dat nooit had nagegaan. Enig zoekwerk bracht aan het licht dat de oorsprong en het thema van het nummer onzeker zijn – ‘Black Betty’ zou kunnen verwijzen naar een musket, een fles whiskey, een zweep, een dievenwagen, of misschien nog wel wat anders.

We kunnen perfect van het nummer genieten zonder te weten wat de titel werkelijk betekent. En als we onzekerheid en onbepaaldheid rond een liedje aankunnen, dan zou dat ook moeten kunnen in andere domeinen.

Uitgelichte afbeelding: CC BY Daniel Orth