Dit is een gastbijdrage. Een Apache-lezer levert met dit stuk een bijdrage aan het maatschappelijk debat. De auteur schrijft in eigen naam en is verantwoordelijk voor de inhoud van de tekst.

Coase aan de kust

Koen Smets
beachfront
Foto: Adam Piggott

Er zaten nog meer mensen op de banken rondom ons, die allemaal op hun manier genoten van de warme zonneschijn en het gemurmel van de golfjes. Helemaal links zat een dame van middelbare leeftijd, verdiept in een turf van een boek, en rechts van ons zat een bejaard koppel thee te drinken uit een thermosfles. Toen verschenen twee dames – moeder en dochter, scheen het – die de bank tussen ons en de dame met het boek innamen. De oudere van de twee deelde een ijshoorntje met haar hond, terwijl de jongere een geanimeerd gesprek voerde op haar mobiele telefoon.

beachfront
Foto: Adam Piggott

Na een tiental minuten stond de dame met het boek plots op, stapte toe op de twee vrouwen naast ons toe, en deed haar beklag over hoe het telefoongesprek het haar onmogelijk maakte zich te concentreren op haar boek, wild gesticulerend met haar vrije hand. Daarop propte ze het boek in haar tas en beende weg.

Vuile sokken

Een vervuilende fabriek belast de omgeving: misschien worden de omwonenden ziek van de uitstoot, of lijden ze onder de aanhoudende geur, of maken de deeltjes die uit de schoorstenen dwarrelen hun moestuinen onvruchtbaar

Wij waren hier getuige van wat economen een negatieve externaliteit noemen. Dat is de schade die iemand ondervindt ten gevolge van een actie of transactie waarin hij of zij niet is betrokken. (Er zijn ook positieve externaliteiten, wanneer men voordelen geniet als gevolg van een transactie waarin men niet is betrokken). Vaak is het de maatschappij in het algemeen die de last draagt van negatieve externaliteiten. Een vervuilende fabriek belast de omgeving: misschien worden de omwonenden ziek van de uitstoot, of lijden ze onder de aanhoudende geur, of maken de deeltjes die uit de schoorstenen dwarrelen hun moestuinen onvruchtbaar.

Maar externaliteiten komen niet alleen voor in de economie. Je vindt ze ook in het gewone leven: in het huishouden (wanneer iemand het licht laat branden of vuile sokken op de vloer laat liggen), op het werk (wanneer de afdeling financiën een krankzinnig ingewikkelde procedure voor het goedkeuren van een reisaanvraag oplegt) – en ook op de dijk in Dorset.

In 1960 schreef Ronald Coase een klassiek (en zeer leesbare) paper over het oplossen van externaliteiten, The Problem of Social Cost. Hij zou onder meer dankzij deze paper in 1991 de Nobelprijs voor economie krijgen. Als econoom was Coase begaan met het efficiënt gebruik van schaarse middelen, en hij benaderde externaliteiten als een probleem dat kan worden opgelost door onderhandelen. Als de transactiekosten maar voldoende laag zijn, dan zou een overeenkomst tussen de verschillende partijen – net als elders in de markt – tot een efficiënte oplossing leiden.

Coase
Een krasse geest in een kras lichaam – Ronald Coase op 98-jarige leeftijd. (Foto: University of Chicago Law School, via Wikimedia Commons)

Coase overleed helaas in 2013 op 102-jarige leeftijd, maar beeld je in dat hij naast ons had gezeten daar op die bank, kijkend naar de opkomende vloed. Hij had de dames er ongetwijfeld op gewezen dat ze hadden kunnen onderhandelen over een prijs voor het recht om te mogen kletsen in je GSM, of voor het recht op stilte, en de andere partij hadden kunnen compenseren voor het opgeofferde recht.

Een baas die pizza bestelt voor zijn team dat overuren klopt compenseert hen voor een negatieve externaliteit – laat thuiskomen

Dat klinkt misschien vreemd, maar het gebeurt wel degelijk in de praktijk. Een baas die pizza bestelt voor zijn team dat overuren klopt compenseert hen voor een negatieve externaliteit – laat thuiskomen. De onderhandeling mag impliciet zijn in dit geval, maar ze kan ook nadrukkelijk aanwezig zijn. Voor een kind dat het liefst naar het verjaardagsfeest van een vriendje wil, is mee moeten met zijn ouders op een vervelend bezoek bij zijn grootoom een levensgrote negatieve externaliteit. En de discussie die uiteindelijk leidt tot concessies die ervoor zorgen dat junior zich behoorlijk gedraagt, is wel degelijk een onderhandeling. Sommigen zouden het hier eerder hebben over omkoperij en chantage, maar de verlegenheid waarin ondeugend nageslacht je als ouder kan brengen is natuurlijk ook een stevige externaliteit, en die is wel een flinke verzekeringspremie waard.

Kosten en betaling

Toch gaan we niet voortdurend onderhandelen met wildvreemden over de externaliteiten die zij (of wij) veroorzaken. Een verklaring hiervoor is volgens Coase de barrière van de transactiekosten. Handelingen als uitzoeken met wie te onderhandelen, hen daarvan op de hoogte brengen, het bepalen van de voorwaarden, het onderhandelen zelf en zo verder, zijn volgens Coase 'vaak erg kostbaar, in elk geval kostbaar genoeg om vele onderhandelingen te verhinderen, die wel zouden plaatsvinden in een wereld waarin een prijsmechanisme zou werken zonder kosten'.

Nochtans  is het niet alsof er geen ‘kosten’ optreden wanneer we niet onderhandelen. De dame met het boek leed duidelijk een emotioneel nadeel. En waar ze de tetterende dame aan de telefoon met zoveel woorden duidelijk maakte wat ze vond van de verstoring van de rust, had ze net zo goed een onderhandeling kunnen opstarten.

Misschien is het idee dat we een sociale interactie in een markttransactie veranderen weerzinwekkend voor ons?

Misschien is het idee dat we een sociale interactie in een markttransactie veranderen weerzinwekkend voor ons? In een artikel in Slate uit 2014 beschrijven Christopher Buccafusco en Christopher Jon Sprigman, twee Amerikaanse rechtswetenschappers, hun onderzoek rond het probleem van kibbelende luchtvaartpassagiers. Wanneer de persoon vooraan zijn rugleuning achteruit stelt, dan neemt dat uiteraard waardevolle knieruimte weg van de persoon achter hem. De auteurs bekeken of passagiers konden worden aangezet hierover te onderhandelen.

Hun verrassende bevinding was dat de bereidheid daartoe veel groter was wanneer het ruilmiddel niet cash geld was, maar een geschenk van equivalente waarde. Dat staat haaks op de standaard economische theorie, die stelt dat een geschenk nooit meer waard kan zijn dan de equivalente geldwaarde. Maar het is natuurlijk wel consistent met de menselijke aard: wanneer we worden uitgenodigd op een etentje nemen we wijn of bloemen mee, eerder dan het equivalente bedrag over te schrijven op de rekening van de gastvrouw of –heer.

Niettemin lijkt het nog een stuk moeilijker mensen op de dijk aan te moedigen tot onderhandelen over peis en vree, dan passagiers op een vliegtuig.

Zouden we de onderhandelingen die wij mensen kostbaar of vervelend vinden niet kunnen uitbesteden aan technologie?

Coase in de machine

Maar op de terugweg, rijdend op een tweebaansweg, zette de voortdurende hinder van vrachtwagens die tegen een snelheid van 91 km/h een voertuig inhaalden dat 90 km/h reed me aan het denken. Zouden we de onderhandelingen die wij mensen kostbaar of vervelend vinden niet kunnen uitbesteden aan technologie?

googlecar
“U heeft genoeg betaald, dus haal maar in!” Foto: Phil Hollenback

Stel je voor dat een vrachtwagen kan communiceren met de voertuigen die erachter rijden, wat de chauffeur toelaat een bedrag te bieden om ze op te houden terwijl hij een langzamer voertuig inhaalt. Bij een succesvolle onderhandeling wordt het geld automatisch getransfereerd en kan de vrachtwagenbestuurder zijn manoeuvre starten. Wanneer de chauffeurs achterop het bod onvoldoende vinden blijft hij waar hij is, de achteropkomende auto’s gaan hem voorbij, en hij kan een nieuwe onderhandeling starten met de volgende reeks auto’s. (Het is uiteraard ook mogelijk dat de auto’s de vrachtwagenchauffeur betalen om in het rechter baanvak te blijven).

Stel je voor dat een vrachtwagen kan communiceren met de voertuigen die erachter rijden

Over enkele jaren rijden we natuurlijk allemaal met een autonoom voertuig, en zullen we zelfs niet meer betrokken zijn in zulke onderhandelingen. Maar hoe zullen onze auto’s die beslissingen nemen in onze plaats? Er gaat nogal wat aandacht naar de vraag hoe zelfrijdende voertuigen moeten reageren bij een nakend ongeval. Moeten ze de inzittenden beschermen, of andere weggebruikers – ouderlingen, kinderen, bankrovers? Een team aan het Massachusetts Institute of Technology (MIT) ontwikkelde een coole simulatie om na te gaan hoe men denkt dat machines keuzes moeten maken over zulke morele dilemma’s.

Maar misschien is het trolleyprobleem niet de enige uitdaging voor autonome voertuigen. Misschien moeten we ze ook voorzien van het vermogen om met andere voertuigen te communiceren, naargelang we gehaast zijn, of op ons gemak.

En zo kan het best zijn dat de inzichten van de grote Ronald Coase ons volop blijven dienen in de 21ste eeuw – ook al delegeren we meer en meer beslissingen overdragen aan machines.

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

LEES OOK
Jelle De Mey / 27-03-2024

Peter Victor: ‘Technologie zal onze planeet niet redden’

De econoom roept op voor het herstel van de balans tussen onze levensstijl en wat de planeet aankan.
privéjet
Koen Smets / 15-03-2024

Overweldigd door weidse horizonten

Moderne technologie verschaft ons toegang tot een overvloed aan dingen.
horizon
Jan Walraven / 21-12-2023

Hoe Mastodon het open en sociale internet kan redden

Kunnen we het 'geplatformiseerde' internet bevrijden van de nukken van Elon Musk?
Het logo van Mastodon op een zwarte achtergrond.