
Het projectgebied aan de Katwilgweg, op twee kilometer van de fabriek van 3M, heeft volgens het Antwerpse stadsbestuur, mede dankzij de Oosterweelverbinding, “een enorme potentie voor stadsontwikkeling”. Dit betekent dat de bouwvoorwaarden verruimd moeten worden. Zo kan projectontwikkelaar Ghelamco straks 40.000 m² extra bouwen, inclusief “aangepaste bouwhoogten met bijkomende hoogte-accenten”.
Ghelamco werd (hoofd)eigenaar van het gros van de terreinen in de zomer van 2020. Kort daarna startte het Antwerpse college het proces op om de bouwvoorwaarden te verruimen. In juli 2021, amper een jaar na de intrede van Ghelamco, betaalde de projectontwikkelaar de stad om het ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) te herzien.
Uitgerekend te midden van dat hele proces ontplofte vorig voorjaar de PFAS-bom. Toch lijken de sterk verhoogde PFAS-concentraties in de omgeving de plannen niet in de weg te mogen staan. Het college van Bart De Wever (N-VA) wil een “nieuw stadsdeel” in de rookpluim van 3M, en Ghelamco mag het bouwen, PFAS of geen PFAS.
Katwilgweg 2.0
Enkele weken geleden, op vrijdag 21 januari, stuurde de Antwerpse schepen voor Stadsontwikkeling Annick De Ridder (N-VA) een hoera-persbericht de wereld in. Onder de kop Nieuwe toekomst voor gebied Katwilgweg op Linkeroever, kondigde De Ridder aan dat het college de zogenaamde start- en procesnota had goedgekeurd voor het ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) Katwilgweg 2.0.
Die 2.0 is meer dan een simpele modieuze toevoeging. Al in 2010 legde het toenmalige college de concrete bouwvoorwaarden vast voor het projectgebied aan de Katwilgweg. Maar die voorwaarden in het oorspronkelijke RUP gaan op de schop. RUP 2.0 moet de projectontwikkelaar toelaten om meer en hoger te bouwen.
Tegelijk wordt de bestemming gewijzigd. In het oorspronkelijke RUP was enkel ruimte voor “bedrijvigheid”, RUP 2.0 stelt het projectgebied ook open voor “wonen”, “leren” en “ontspannen”.
In het persbericht klinkt dat allemaal bijzonder uitnodigend: de stad wil “een uitstekend gelegen nieuw stadsdeel aan de ‘inkom van de stad’ ontwikkelen”, “een verbindend stadsproject realiseren in een gebied in volle transformatie” en “een multifunctioneel en duurzaam ontwikkelingsperspectief uitwerken.”
De naam Ghelamco valt in het persbericht niet, net zo min als het woord PFAS.
Hoge concentraties PFAS
Nochtans ligt het projectgebied op nauwelijks twee kilometer van 3M, geklemd tussen de Blancefloerlaan in het noorden en de spoorlijn Gent-Antwerpen in het zuiden. Aan de oostkant ligt Zwijndrecht, aan de westkant dooft het stedelijk gebied van Linkeroever uit.

Op de verder grotendeels braakliggende site, springt vooral het gebouw van Mediahuis in het oog, waar de redacties van Gazet van Antwerpen en Het Nieuwsblad huizen.
In 2017 trof Lantis, de bouwheer van de Oosterweelverbinding, langs de Katwilgweg al zeer sterk verhoogde concentraties PFAS aan. Zelfs de door Lantis gehanteerde drempel van 70 microgrom PFAS per kilogram droge stof werd overschreden op een meetpunt vlak naast het plangebied.
Grond die hogere concentraties PFAS bevat wil Lantis afgraven en ‘inpakken’ in folie, maar zoals bekend is zelfs die norm van 70 microgram bijzonder omstreden. De norm werd op vraag van Lantis geschreven. Wetenschappers gaan ervan uit dat de grenswaarde nog een heel stuk lager zou moeten liggen, rekening houdend met de nieuwste richtlijnen van het Europees voedselveiligheidsagentschap EFSA.
De metingen houden bovendien geen rekening met de aanwezigheid van wellicht sterk verhoogde concentraties aan zogenaamde ‘korte keten PFAS’ in het aanwezige grondwater. Gegevens van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) die Apache eind vorig jaar publiceerde, leren dat die korte PFAS via luchtdepositie een zeer sterk onderschat probleem vormen.
Compleet achterhaald
De ernst van de PFAS-verontreiniging werd afgelopen voorjaar aan het licht gebracht door milieuactivisten Thomas Goorden en Frank Van Houtte, samen met burgerbeweging Grondrecht. Lantis, de Vlaamse Regering, en de burgemeester en een aantal schepenen van de stad Antwerpen waren echter al veel langer op de hoogte, maar beslisten vier jaar lang om niet te communiceren over de vervuiling.
In de zomer van 2020 kocht Ghelamco zich in in de projectvennootschap Viminalis en werd zo eigenaar van het gros van de terreinen langs de Katwilgweg. Officieel was toen dus nog geen PFAS-vuiltje aan de lucht.
Binnen Viminalis werkt Ghelamco samen met Groep Bouwen. Die ontwikkelaar kocht de terreinen in 2015 en tekende eerder een plan uit om op de site 66.500 m² kantoorruimte neer te zetten: Campus West. Die opvallende keuze om slechts de helft te bouwen van wat initieel werd voorzien en volgens het oorspronkelijk RUP Katwilgweg ook mag gebouwd worden, verklaarde CEO Patrick Bouwen in 2018 nog als volgt:
Het project dat we toen wilden realiseren (het oorspronkelijke plan om 130.000 m² kantoren te bouwen, ToC) is vandaag compleet achterhaald. Een drukke bebouwing zonder bezieling, groen en extra faciliteiten is niet meer wat een werknemer verwacht. We willen nieuwe, flexibele en moderne kantoren uittekenen binnen een strak stedenbouwkundig kader. En dat natuurlijk past binnen het reeds goedgekeurde RUP.
De Groep Bouwen, die naast Ghelamco 15% van de aandelen van de projectvennootschap Viminalis aanhoudt, wordt geleid door Patrick Bouwen. Bouwen was enkele jaren voorzitter van voetbalclub SK Lierse, maar bekleedde in de jaren 80 ook een aantal hoge functies binnen de liberale partij, toen nog PVV. Zijn naam dook op in smeergeldaffaires, zoals de militaire wijk in Florennes en de fameuze Obussen-affaire. Een tijdje zat hij ook in voorhechtenis, beschuldigd van actieve corruptie, maar Bouwen werd nooit veroordeeld. De voorbij decennia was hij aan de slag als projectontwikkelaar van kantoor- en bedrijvenparken.
Kloppend hart
De redenering van de ontwikkelaar in 2018 staat volledig haaks op wat de stad vandaag met het nieuwe RUP Katwilgweg 2.0 beoogt. De startnota voor de ontwikkeling van het nieuwe RUP is daarover duidelijk. Het college wil er “stad maken” en daarvoor moet in de eerste plaats veel meer en veel hoger gebouwd kunnen worden. En dat specifiek in het oostelijke stuk van het gebied, uitgerekend het deel waar Ghelamco eigenaar werd.
Dat oostelijke deel, zo klinkt het, moet het “kloppend hart” worden van een “nieuw aantrekkelijk stadsdeel”. En dat moet volgens de startnota gebeuren door:
- de bijkomende ontwikkeling van 160.000m² vloeroppervlakte (naast de reeds bestaande gebouwen in dit deelgebied)
- aangepaste bouwhoogten met bijkomende hoogte-accenten in afstemming op het nieuwe programma
- een functievermenging die stedelijkheid toevoegt aan het ‘kloppend hart’. Onder meer wonen, horeca en retail, maar ook leisure en ontspanning, opleiding, gemeenschapsvoorzieningen, … worden onderzocht
Hotspot
In de startnota koppelt de stad de grootse plannen voor de terreinen langs de Katwilgweg uitdrukkelijk aan de opportuniteiten - vooral op het vlak van mobiliteit en bereikbaarheid - die de Oosterweelverbinding met zich meebrengt. Zelfs een heropening van de voormalige treinhalte Linkeroever-West zal worden verkend.
Bladzijdenlang bezingt de startnota de uitzonderlijke ontwikkelingskansen van de site en de “enorme potentie voor stadsontwikkeling”. Maar die uitzonderlijke kans om “stad te maken” en de bijhorende nood om het RUP te herzien, heeft de stad niet zelf bedacht. Die kwam er op voorzet van de projectontwikkelaar. In de startnota staat het letterlijk: “de aanleiding voor de gedeeltelijke herziening van dit RUP is de vraag om binnen deze site meerdere ontwikkelingen toe te staan”.
Concreet gaat het om de vraag om in “het kloppend hart” onder meer ook woonfuncties te voorzien. Die keuze om gezinnen aan te trekken om op een PFAS-hotspot te komen wonen, is opvallend. Momenteel gelden er immers forse, zogenaamde ‘no regret maatregelen’ in het gebied.
Wie de startnota doorneemt, moet vaststellen dat het PFAS-probleem in de ogen van het Antwerpse college nauwelijks of niet lijkt te bestaan. Op de 136 bladzijden valt het woord PFAS welgeteld op één pagina, om te preciseren dat de PFAS-problematiek geen onderdeel uitmaakt van de ontwikkeling van het nieuwe RUP:
Verdergaande onderzoeken, analyse of benodigde acties hieromtrent bevinden zich niet op het niveau van het RUP en worden bijgevolg niet onderzocht in het plan-MER (het milieueffectenrapport dat moet worden opgemaakt in het kader van het RUP, ToC). Dit blijft een aandachtspunt in de uiteindelijke fase van het grondverzet in de projectuitvoering.

Betalen
In de zomer van 2018 koos Groep Bouwen nog nadrukkelijk voor een kantoorproject met laagbouw. Intussen is er de keuze van het college om de plannen voor de Katwilgweg grondig te wijzigen en er “stad te maken”.
Die keuze kan niet losgezien worden van de intrede van Ghelamco in het verhaal. Kort nadat het bedrijf van Paul Gheysens 85% van de aandelen van de projectvennootschap in handen kreeg, schoot het college in actie.
Nauwelijks enkele maanden na de overname door Ghelamco, op 18 december 2020, keurde het college van burgemeester en schepen de beleidsnota Ruimtelijke Economie goed. Daarin wordt het bedrijventerrein Katwilgweg aangeduid als “bedrijventerrein in herontwikkeling”. Daarom wordt “een gebiedsgericht planproces opgezet”.
Nog twee maanden later, op 5 februari 2021, besliste het college al om de procedure op te starten om het RUP Katwilgweg te herzien. Uit een vraag van gemeenteraadslid van Ilse Van Dienderen (Groen) blijkt dat Ghelamco, via projectvennootschap Viminalis, de stad betaalt voor de opmaak van dat RUP.
Verzwegen
Die hele carrousel werd op de rails gezet op een moment dat de buitenwereld nog niet op de hoogte was van de PFAS-verontreiniging. Wie op dat moment wel op de hoogte was, is het Antwerpse college. Toch zette het de deur open voor een "nieuw stadsdeel", knal in PFAS-gebied.
Als lid van het politiek stuurcomité van Lantis wist burgemeester De Wever al enkele jaren hoe ernstig het probleem was. Ook bevoegd schepen De Ridder en haar collega Koen Kennis (N-VA) zetelen in dat politiek stuurcomité.
Brachten De Wever en De Ridder Ghelamco op de hoogte van de PFAS-vervuiling terwijl ze die voor de buitenwereld verzwegen? Of lieten ze de projectontwikkelaar doelbewust een kat in een zak kopen door met geen woord over de PFAS-vervuiling te reppen?
Annick De Ridder wilde de vragen die Apache daarover stelde niet beantwoorden. Ook Ghelamco ging niet in op onze vragen.
Een zekerheid is alleszins dat Ghelamco zich definitief genesteld heeft op de Antwerpse vastgoedmarkt. Recent publiceerde Apache een artikel over hoe het college van Bart De Wever ook de deur openzet voor een groot project van Ghelamco in de buurt van het Centraal Station.
Als de Antwerpse vastgoedmarkt al de naam had om zeer gesloten te zijn voor nieuwkomers, dan lijkt Ghelamco de juiste lobbyisten te hebben gevonden om ze open te breken.
Eind vorig jaar raakte bekend dat Paul Gheysens, de sterke man van voetbalclub Royal Antwerp FC, zowel voormalig Vlaams minister Philippe Muyters (N-VA) als Bart Van Camp (N-VA) heeft aangesteld als lid van de raad van bestuur van de voetbalploeg.
Bart Van Camp nam als kabinetschef van toenmalig bevoegd minister van Openbare Werken Ben Weyts (N-VA) deel aan cruciale vergaderingen over de (non-)communicatie over de PFAS-vervuiling. Van Camp ruilde vervolgens het kabinet van Weyts in voor een functie als directeur bij Lantis.
In Boechout was het de inzet van de gemeenteverkiezingen. Op initiatief van Filip Peeters kwam er verzet tegen de bouwpolitiek van burgemeester Koen T'Sijen zoals die werd toegepast op het Vijverhof: een voorafgaande deal met een bouwpromotor en pas daarna een RUP, een ruimtelijk uitvoeringsplan. De kritiek van de door Peeters opgerichte partij “ t'Dorp “ was dat door dergelijke voorafgaande overeenkomst alles al vast ligt, er ook verplichtingen ten laste van de gemeente worden aangegaan die een invloed hebben op het nog te maken RUP en die zelfs aanleiding kunnen geven tot door de gemeente te betalen schadevergoeding. Omdat de burgemeester geen oor had naar zijn kritiek en hij zijn wil doorzette stapte Peeters en enkele burgers van t'Dorp naar de Raad van State. Dit hoog rechtscollege deed nu uitspraak: “Gelet deze verbintenis valt niet in te zien hoe de gemeente twee jaar later in alle objectiviteit, zonder vooringenomenheid en zonder gebonden te zijn door deze eerdere overeenkomst, de verschillende op het spel staande belangen gelijktijdig heeft kunnen afwegen”. Voor vele gemeentebesturen en vooral voor de bouwpromotoren is dit arrest een tegenvaller. De nieuwe werkwijze om vooraf met een bepaalde bouwpromotor een akkoord te maken waarin de bouwpromotor zowat alles gaat doen en er als tegenprestatie andere verplichtingen aan de gemeente worden bedongen is nu duidelijk door het hoogste administratief rechtscollege als niet objectief en vooringenomen beoordeeld. Ook het recht van de omwonenden om op te komen tegen “een potentieel impact ” op hun leefomgeving is bevestigd. Als je deze beoordeling afweegt tegen de grote projecten die de stad Antwerpen met bouwpromotoren zoals dat met Gelamco zijn al die projecten vatbaar voor vernietiging. Een klacht van de burger tegen een potentieel impact op zijn leefomgeving volstaat.
walter De Smedt
Ik herinner mij nog de allereerste publieke reactie van De Wever op de onthulling van de aanwezigheid van grondvervuiling met 'forever chemicals'. Volgens hem kan dat volstrekt geen kwaad, want "in dat gebied woont niemand".
Die hele carrousel om de bestemming te veranderen stond toen al op de rails.
Tja, 'de mensen vergeten rap'. En daar rekent hij zich altijd rijk mee.