De opinie

Wendy Kroy
Wendy uitgelicht
Wendy's

Ook bij Apache draait binnenkort de redactie opnieuw op volle toeren en met deze column neem ik niet enkel afscheid van 8 weken sea, sex and sun, maar ook van dit platform en de lezers ervan. Tijd dus om de rekening te vereffenen, de balans op te maken en mij af te vragen: hoe is het met mijn innerlijk Staf De Wilde uit De Haan gesteld?

IJdelheid

Laten we wel wezen en elkaar geen Liesbeth noemen (nee, vooral dat niet): wie zich gevraagd of ongevraagd in de openbare arena van opiniestukken of columns begeeft om aldaar zijn of haar licht te laten schijnen over deze of gene kwestie beschikt sowieso over een behoorlijke dosis eigendunk. Of om het met Bart te zeggen: vanitas vanitatum et omnia vanitas. Dus ja, ook mij is de ijdele gedachte dat ergens iemand zit te wachten op wat ik te zeggen of te schrijven heb niet vreemd. Langs de andere kant, de dag dat ik mijzelf als ‘opiniemaker’ dan wel ‘thought leader’ begin te omschrijven zou de dag moeten zijn dat ik Filip De Wintergewijs in de Schelde spring of emigreer naar Namibië. IJdelheid, maar met mate dus.

Er is de simpele vaststelling te maken dat opiniestukken voor kranten goedkoop nieuwe inhoud opleveren. Iemand kruipt om God weet welke reden in zijn pen en hoera, opnieuw een halve bladzijde krant er bij waar we niemand voor hoeven te betalen. Wie gepubliceerd wordt is blij omdat zijn standpunt aandacht krijgt en het ego van de schrijver in kwestie een deugddoende massage. Ik moet mij inhouden om de hele constructie niet te omschrijven als een ‘win-win’ situatie.

Voor u mij beschuldigt van goedkoop cynisme en los van de economische constructie: ik heb niets tegen opiniestukken en de schrijvers ervan. Provocerende, degelijk onderbouwde en vlot geschreven opiniërende artikelen wakkeren, als het goed is het maatschappelijke debat aan. Ze zouden moeten aanzetten tot dieper nadenken, en wat mijzelf en Jeroen Brouwers betreft mag er in dit brave Vlaanderen wat meer polemiek gevoerd worden. Alleen jammer dat voor een potje scheldwoordslingeren op literair niveau en met de nodige inhoud de protagonisten moeten kunnen afzien van kleinzerigheid en de neiging alles persoonlijk te nemen.

Het zijn vooral de mensen die wat je schrijft compleet anders interpreteren dan je het had bedoeld die me intrigeren

Enfin, we begrijpen elkaar als u in wat ik hierboven schreef een pleidooi leest voor minder, maar beter, diepgaander en bovenal scherper. Opiniemensen: wees wat minder saai en voor de hand liggend. Als je toch al denkt wat iedereen denkt, dan heeft het weinig zin om je tijd te verprutsen met het intrappen van open deuren. ‘You have a gift for stating the obvious’ is geen compliment en al helemaal niet voor een schrijver.

Misbegrepen

En dan is er nog de kwestie van de lezer. Grosso modo onderscheid ik drie categorieën: zij die akkoord gaan, zij die niet akkoord gaan en zij die op de één of andere manier weinig tot niets begrepen lijken te hebben van wat je schreef. (Er is nog een vierde categorie, maar die laat zich zelden online zien: de mensen die je tegenkomt en die je zeggen dat ze alles van je lezen en het soms wel en soms niet met je eens zien, of niet altijd helemaal. Dat zijn de leukste.)

Het zijn vooral de mensen die wat je schrijft compleet anders interpreteren dan je het had bedoeld die me intrigeren. Niet dat ik de misbegrepen puber wil uithangen, maar het blijft een vreemde gewaarwording om te zien hoe sommige mensen wat je schrijft aangrijpen om te reageren op een manier die bij mij de oprechte reflex ‘maar dat staat er toch helemaal niet?’ triggert. Het zijn ook die mensen die me behoeden voor al te veel optimisme en ongebreidelde ijdelheid: uiteindelijk leest iedereen alles vanuit het eigen referentiekader en de kans dat je als individueel columnist iemand in zijn mening beïnvloedt, lijkt daarmee ook erg klein. Een lesje in nederigheid dus, dat vlug vergeten is wanneer de chef opinie van de een of andere krant je mailt of belt met de vraag naar een vlugge mening geformuleerd in maximaal 700 woorden.

Voorlopig verdwijn ik dus even van dit schouwtoneel en neem ik me al maanden voor om terug mijn literaire pen ter hand te nemen. Eventueel zou u de vrucht daarvan kunnen vinden in een nieuwe editie van De Brakke Hond, maar zoals Jim Morrison al wist: the future is uncertain and the end is always near.

LEES OOK
Peter Casteels / 06-08-2012

Het geluk van de toogfilosoof

Met 'Het Geluk van de Kunst' schreef Marc Reugebrink (1960) een bundel cultuurpessimistische opstellen bij elkaar. De literatuurwereld is een farce, de televisie een gruwel en de…
(Foto WPG)