De Vleeschauwer enquêteerde in totaal 73 jonge journalisten die vijf jaar of minder lang werken als freelancer. In haar thesis probeert ze een beeld te schetsen van hun werkomstandigheden en hun beloning. Uit de resultaten blijkt onder meer dat ongeveer drie vierden van de ondervraagden eerder tevreden of tevreden is met zijn werk, maar achter dat cijfer schuilt een meer genuanceerde realiteit. De helft van de freelancers (47 procent) zou liever een baan hebben als loontrekkende. Dat percentage komt ook overeen met het aantal dat zegt als freelancers te werken omdat er als vaste redacteur geen baan te vinden is.
“Freelancers zijn een bijzondere beroepscategorie”, zegt Emma De Vleeschauwer. “Je moet er geschikt voor zijn, anders gaat het niet. Mensen die goed met veel vrijheid om kunnen en die in staat zijn hun dagen te plannen en opdrachten te verwerven, beleven er veel plezier aan. Wie daar moeite mee heeft, zal er waarschijnlijk snel mee ophouden. Zeker nu alle mediaredacties moeten besparen, zal het voor sommige freelancers moeilijker worden om aan opdrachten te geraken.”
Hoger, lager
De Vleeschauwer ondervroeg de journalisten over elk mogelijk aspect van hun baan. Zo kwamen ook de vergoedingen aan bod die ze voor hun werk krijgen. Daarbij vallen in de eerste plaats de grote verschillen op. Vier journalisten die voor Het Laatste Nieuws werken zeggen (omgerekend) 0,6, 1,14, 1,5 en 6 euro per regel van zestig tekens te verdienen. Daarmee verdient de best betaalde tien keer meer dan de slechtst betaalde. De onderzoekster merkt op dat een freelancer misschien een foutief en al te hoog bedrag heeft opgegeven, maar een andere medewerker van De Persgroep gaf aan 7,5 euro per regel te krijgen. Vier freelancers van Het Laatste Nieuws werden dan weer met een maandbedrag vergoed. “Het verschilt vaak”, zegt De Vleeschauwer. “Bij eenzelfde titel was er iemand die beweerde dat er vaste tarieven waren terwijl een collega daar nog nooit van zei te hebben gehoord. Iedereen onderhandelt zijn vergoeding met de hoofdredactie.”
Net als de andere bedragen die worden opgegeven, vallen deze vergoedingen onder de adviezen die de VVJ opstelde. Een krant met een oplage als Het Laatste Nieuws zou freelancers idealiter tussen 1,82 en 2,88 euro per regel moeten betalen. Desondanks valt het netto maandloon van de meeste freelancers mee. Dat fluctueert vaak van maand tot maand, maar gemiddeld verdienen beginnende freelancers tussen 1.600 en 1.800 euro netto. Ongeveer 30 procent verdient minder dan 1.400 euro per maand. De Vleeschauwer maakt de weinig verrassende vaststelling dat er een sterke correlatie bestaat tussen het aantal uren dat wordt gewerkt en de hoogte van het verdiende bedrag. Wat niet werd bevraagd, maar wel waarschijnlijk is en in commentaren door freelancers werd aangegeven, is dat veel freelancers minder opdrachten krijgen (en uren werken) dan ze eigenlijk zouden willen.
Van de ondervraagden denkt 31 procent een schijnzelfstandige te zijn.
Weinig regels
Een andere opmerkelijke vaststelling: 32 procent van de ondervraagden geeft aan voor slechts één enkele opdrachtgever te werken, en 31 procent denkt als schijnzelfstandige te werk te zijn gesteld. Eigenlijk zou hen een vast contract moeten worden aangeboden, maar het statuut van freelancer is goedkoper voor de werkgever. Meer dan veertig procent geeft ook aan al meerdere keren niet te zijn uitbetaald bij een tweede publicatie van artikels. Nochtans moet de freelancer daarvoor worden vergoed. De meerderheid heeft ook al last gehad van laattijdige betaling.
De Vleeschauwer stelde tijdens haar onderzoek vast dat er weinig regels vastliggen voor het werk van freelancers. “Er zouden betere richtlijnen moeten zijn, maar het is moeilijk om in groep actie te ondernemen”, vertelt ze. “Wie het voor zichzelf goed geregeld heeft, wil zijn baas niet voor het hoofd stoten. Dat zorgt ervoor dat freelancers onbeschermd blijven op veel punten.” Zelf hoopt De Vleeschauwer vast werk te vinden in de journalistiek, maar in de tussentijd koos ze voor een interim-baan in het onderwijs.
Het hele onderzoek van Emma De Vleeschauwer, 'Dood of Brood?', vindt u hier.